2 Seeds bij den aanvang van dit nieuwe tijdvak rees de vraag, of 's lands regeering op denzelfden dan op een anderen voet diende te worden voortgezet. Op denzelfden voetbeteekende handhaving van de souvereine Staten-Generaalin schijn drager van het hoogste gezag, inderdaad geleid en bedild door de gewestelijke staten en de stedelijke regenten; handhaving van zoodanig bewind moest de ziekten der Unie eindeloos gekrakeelonderlinge afgunst en tegenwerkingonzekerheiduitstel en geknoei bestendigen. Op een anderen voet, kon alleen bedoelen een krachtig éénhoofdig be wind. Koning Hendrik IV van Frankrijk had sinds den aanvang dei- vredesonderhandelingen daarvoor geijverd en bleef er levendig op aan dringen. Voor zijne staatkunde de verheffing van Frankrijk tegen over het Huis van Oostenrijk mocht het van overwegend belang heeten op den steun en de hulpmiddelen der Republiek te kunnen rekenen, hetgeen naar zijne denkbeelden alleen mogelijk was bij een hoofdig gezag van Prins Maurits. Diens roem als krijgsoverste was wereldvermaard en door niemand overschaduwd. Fransche en andere vreemde edellieden achtten het een groot voorrechtonder 's prinsen vanen een of meer veldtochten tegen Ambrosius de Spinola te hebben medegemaakt, 't Was niets buitengewoons om den Prins te velde omringd te zien door vijf tot zes-honderd vreemdelingen, die allen op zijne kosten teerden. De Republiek had veel aan koning Hendrik IV te danken, hem wederkeerig in tijden van nood edelmoedig bijstand verleend's konings invloed op de zaken der Republiek viel dan ook niet te miskennenmaar schoot te kort om in den bestaanden regeeringsvorm verandering te bewer ken. Meer drang kon daarop worden uitgeoefend door Johan van Oldenbar- nevelt, advocaat der Staten van Holland en West-Friesland, gewoonlijk 's lands advocaat genaamd. Hij vooral had na den dood van Prins Willem I de aanstelling van Prins Maurits tot stadhouder van Holland en Zeeland bevorderd als tegenwicht voor het gezag van den graaf van Leicester. Eveneens viel 't aan zijne bemoeiingen te danken dat later Utrecht, Gelderland en Overijssel den Prins tot stadhouder hadden ge kozen. Nog kort vóór het sluiten van het bestand had hij in de Staten vergadering van 17 Maart 1609 krachtig het voorstel ondersteund om Prins Maurits te verheffen tot Gouverneur- en Kapitein-Generaal van alle gewesten, met uitzondering van die, waarover graaf Willem Lode- wijk van Nassau het bewind voerde; het voorstel had schipbreuk ge leden op den tegenstand van Friesland, Overijssel en Groningen. Maar toen aanstonds na het sluiten van het bestand, meer dan ooit te voren het gevaar van oneenigheid tusschen de bondgenooten dreigde, velen een krachtige hand aan het hoofd der regeering wenschtentoen ver zette Oldenbarnevelt zich daartegen. Deze verandering van ziens wijze bij den machtigen man mag niet uitsluitend aan eerzucht worden toegeschreven. Zijne drijfveeren zijn onbekend gebleven, niet onwaar-

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1915 | | pagina 26