31
sterken (1). Graaf Hendrik Frederik van Nassau bracht onder geleide
van 38 vendelen en een vaan ruiters allerlei soorten van krijgsbenoodigd-
heden en provisie daarheen, liet bovendien eenige compagnieën achter,
o. a. de vaan van ritmeester Thomas Viller (2).
Toen de zaken een bedenkelijk karakter begonnen aan te nemen ver
langden Frankrijk en Groot-Brittannië tusschen beiden te komen; doch
de onderhandelingen faalden. De aartshertogen Albertus en Isabella,
vermeenende dat de Staten Generaal vasteren voet in het Guliksche wilden
verkrijgen, gaven bevel tegen 20 Augustus nabij Maastricht een leger
samen te trekkenwaarover Ambrosius de Spinola het bevel zou voeren.
De Staten-Generaal verlangden opheldering, doch ontvingen alleen ten
antwoorddat men het Bestand nauwgezet wenschte in acht te nemen.
Den 29sten Augustus vernam men dat Spinola over de Maas getrok
ken en voor Aken verschenen was. In deze vrije Rijksstad hadden vele
Protestanten een toevlucht tegen vervolgingen gevonden, zich zelfs van
de regeering meester gemaakt, tot zij in 1598 van alle macht ontzet
waren met verbod tot uitoefening van hun godsdienst; in 1611 kwamen
zij in opstand en werden in de regeering hersteld met vrije uitoefening
hunner godsdienst. Keizer Mathias sprak echter in den aanvang van
1614 zijn banvonnis over de stad uit, en droeg de voltrekking daarvan
op aan den keurvorst van Keulen en aartshertog Albertus.
Spinola geraakte met behulp der geestelijkheid zonder slag of stoot
binnnen de muren van Aken, verdreef den Brandenburgsche gouverneur (3),
veranderde de regeering en liet de godsdienstoefeningen der Hervormden
staken; verscheidene burgers werden terechtgesteld, met den dood of
verbanning gestraft (4). Na de tuchtiging van Aken volgde die van
Mülheim, welke plaats in 1612 ten nadeele van Keulen door de posse-
deerende vorsten tot stad verheven en nu eveneens door den keizer in
den Rijksban gedaan was. De meerendeels door uitgeweken Nederlan
ders bewoonde stad werd op last van Spinola geslecht.
Spoedig bleek 't, dat Spinola niet enkel het kastijden van beide steden
bedoelde. Hij bezette Duren benevens andere kleine vestingen en ver-
eenigde zich met het leger van den paltsgraaf Wolfgang Willem, ter
sterkte van 500 man en 300 ruiters (5).
(1) Res. S. G. 16 Juli 1614. Alleen do Staten van Gelderland verklaarden zich tegen deze
resolutie, uit vrees van in oorlog te geraken.
(2) Res. S. G. 31 Juli en 6 Augustus 1614. De vaan van ritmeester Villf.k, behoorondo
tot het garnizoen van Nijmegen en in vele maanden door Friesland niet betaald, was grooto
sommen schuldig aan de burgerij.
(3) Stephan Gans vrijheer zu Potlitz, later ritmeester in Staatschen dienst.
(4) Aken had hulp gezocht bij de Staten-Generaal, die de stad ondersteunden met
10.000 (Res. S. G. 1516 en 18 Augustus 1614).
(5) Spinola bezette Aken! met 1200, Duren met 600 man (Res. H. 25 Augustus—17 Sep
tember 1614).