82
bevel in Zeeland. Graaf Willem van Nassau zond hem 17 compag
nieën versterking; vier dezer, bestemd voor Philippine moesten wegens
gebrek aan geld voor hout en stroo om hutten te bouwen onder den
blauwen hemel of aan boord der schepen blijven, waar het „seer be-
nauent" was en velen stierven (1).
De bondgenooten bleven voorloopig werkeloos; de Prins besloot, in
verband met verdere plannen, te Roosbeek den uitslag af te wachten
zijner aan graaf Willem van Nassau gegeven opdracht (2). Onderwijl
werden uit Brabant „de bestialen ende andere leeftocht" opgehaald; er
kwam tamelijk veel geld binnen van achterstallige en nieuw opgelegde
contributiëndoch lang niet voldoende om de troepen te betalen en te
onderhouden, zoodat elke brief aan Hunne Hoog Mogenden ernstig aan
drong op het overmaken van fondsen. Den lBden Juni liet de Prins Diest
twee dagen later Aerschot bezetten (3).
Prins Frederik Hendrik wilde den 20sten Juni weder handelend op
treden en zich meester maken van Leuven. De te Overijssche en Ter-
vueren gekampeerde legers zonden patrouilles langs en voorbij Brussel.
Aangezien de kardinaal-infant Leuven door 3000 man onder Anthonie
Schetz, baron van GrobbendonckVilvoorden door 1500 man onder den
gouverneur van Breda had laten bezetten, kon van verrassing geen
sprake zijn en besloot men Leuven te belegeren. Den 25sten opende
het Fransche leger het vuur aan de Brusselsche zijde; het Staatsche
leger, hetwelk te Voscapelle tusschen Brussel en Leuven op de aankomst
van een transport met broodkisten had moeten wachten, kon eerst den
volgenden nacht aan de zijde van Diest de eerste parallel openen. Nog was
de weg naar Mechelen niet afgeslotennauwlijks aan de circumvallatie-linie
begonnen, toen tijding kwam, dat de keizerlijke bevelhebber Octavio
Piccolomini, hertog van Amalfl, met 38 compagnieën Croaten, 4 com
pagnieën dragonders, 40 compagnieën Duitsche ruiters, te samen 4000
paarden, van Andernach op weg was naar het Namensche tot ondersteu
ning der Spanjaarden; hetgeen vrees deed ontstaan, dat de verbinding
met Maastricht, van waar alle levensmiddelen naar de verbonden legers
verzonden werdenzou verbroken worden (4). Hoewel de loopgraven
tot enkele passen van de gracht genaderd waren, besloot de Prins, in
overleg met de maarschalken, om het beleg in den nacht van 3 Juli
Hunne Hoog Mogenden op de hoogte te houdenvan een paardenposterij kon geen sprake
zijn (Res. S. G. 15 Juni). De te Tienen en bij de verrassing van Wassenberg buitgemaakte
vaandels kregen een plaats in de zaai op het Binnenhof te 's-Gravenhage (Res. S. G 21
Februari, Res. R. v. St. 23 Februari, 25 Juni 1686). Wassenberg, ten Z.O. van Roermond,
was den 20sten Januari 1636 in handen gevallen van kolonel Jacob van Randwijck.
(1) Res. S. G. 5 Juni, Res. R. v. St. 11, 15 Juni, 19 September 1635.
(2) Zie Aanteekening N°. 39.
(3) Res. S. G. 17 en 24, Lias loopende 1635 dd. 18 en 22 Juni.
(4) S. G. Lias 1635 dd. 21, 24, 27 Juni, Res.: S. G. 1 Juli.