101
broeck op om „tnet een goet aental compagnien Ruyteren te gaen
„logeren" in Cleverham, toe te zien op behoorlijke nakoming der tractaten,
en zich wel te wachten eenige aanleiding tot verbreking der neutraliteit
te geven. Zij maakten echter geen aanmerking toen op 25 Januari 163S
Dinslaken door de keizerlijken werd overvallen en uitgeplunderd.
In April verlieten de keizerlijken hunne winterkwartieren en keerden
de Staatsche ruiters naar hunne garnizoenen terug (1).
II. NEDERLAAG BIJ CALLOO. OVERWINNING
BIJ DITINS.
De toenemende macht en het steeds vermeerderende aanzien van Hol
land hielden tred met den voorspoedigen overzeeschen handel. Aangezien
echter alle handelingen van het gewest, met de machtige koopstad
Amsterdam aan het hoofd, in de eerste plaats eigen materieele be
langen aanzienlijk bevorderden, konden botsingen met het centrale gezag,
vertegenwoordigd door de Staten-Generaalniet uitblijven. Holland liet
zich te minder aan de belangen der land-provinciën en het gemeenschap
pelijke leger gelegen leggen, toen de aangelegenheden ter zee met nieuwe
veerkracht werden bezield door vervanging van den luitenant-admiraal
Filips van Dorp en den vice-admiraal Jasper Lieffhebber die „te
„raede geworden waren deselve hunne charge te verlaten" door
Maerten Harpertsz. Tromp en Witte Cornelisz. de With (2). Het
voordeel dezer benoemingen bleek aanstonds uit de beter geleide blok
kade der Vlaamsche kusten en het minder stoute optreden der Duin
kerkers.
De tegenslagenbeter gezegd de onbeteekenende verrichtingen van het
leger gedurende de eerstvolgende tijden, waren vooral te wijten aan gemis
van eenheid, het schier onvermijdelijke gevolg in een republiek van
zeven souvereinen. Prins Frederik Hendrik, dienaar van de Staten-
Generaal en van meerdere gewestelijke staten, toonde zich ongeneigd
om partij te kiezen tegen Holland: het eenige gewest, dat hem contanten
kon oezorgen voor het voeren van den oorlog te land, hoewel deze
provincie zich daartegen heftig bleef verzetten. Noode nam Holland deel
aan het „besoigne opte desseinen en employ vant Leger" voortvloeiende
uit het jongste met Frankrijk gesloten subsidie-verdrag (3). Frankrijk
wenschte nogmaals een aanslag door de Republiek op Antwerpenten
einde elke poging van den Spanjaard tot ontzet van St. Omerhetwelk
(1) Rus. S. G. 2, 5 en 15 Januari, 3 Februari, 10 April, Seer. Res. S. G. 28 en 31 Maart
1038. Dinslaken ligt tegenover Orsoy, ongeveer een uur boven "Wesel,
(2) Comm. 8. G. 27 en 29 October 1087.
(3) Rus. S. G. 10 Fubruari 1638,