171 plannen niet en gaf de voorkeur aan het bestaan van voorlanden Schütz- lande, banioie De katholieke partij onder Johan van Brempt, heer in Vehn, en Dietrich Karel van Wilich toonden over het algemeen meer neiging tot aansluiting bij Brussel of Dusseldorf; velen dachten ei- wegens den zwaren druk der keizerlijke inkwartiering anders over. De stedendie Staatsch garnizoen hadden en zich in een patricisch bo- stuui oveieenkomstig dat van de Nederlandsche steden verheugden, waren door den voorspoed van haar handel tevreden met den bestaanden toestand. Overigens telden de Cleefsche en Marksche landen een talrijker en welvarender bevolking dan de Oostelijke bezittingen van den keurvorst: hetgeen verklaart waarom keizerlijken, Spanjaarden, Liguisten, Hessen en Franschen zoo gaarne aldaar inkwartiering zochten. Dat Cleve en andere streken voor het Huis Hohenzollern behouden bleven, viel te danken aan den nieuwen keurvorst Frederik Willem, die zich zoowel tegen de Cleefsche stenden als tegen den keizer en de Republiek wist te verzetten en de grondvester werd van den Branden- burgschen Staat. De keui vorst ging in 1644 over tot oprichting van de infanterie-regi- menten Johan van ISorprat en Adam van Hacice, 17 compagnieën, weldra nog 4 infanterie-, 1 dragonder- en 9 cavalerie-compagniëen de oorsprong van het Brandenburgsche leger. Te vergeefs beriepen de Cleefsche stenden zich op de in 1610 door Brandenburg gewaarborgde pLivilegiën, volgens welke de vorst zonder hun toestemming geen troepen mocht werven; zij verzetten zich tegen alle militaire maat regelen, welke het eigen gezag konden kortwieken, en werden daarin door de Staten-Generaal gesteund (1). De keuivorst bezocht herhaaldelijk de Republiekknoopte in alle provinciën vriendschapsbanden aan en kreeg van de Staten-Generaal ver gunning om Duisburg, Dinslaken, Ruhrort en Holten te bezetten (1644), teiwijl de Hessen Kalkar en Gocli voor zijne troepen ontruimden; zij bleven alleen te Lippstadt (1645). Ook de keizerlijken verlieten alle 'door hen bezette plaatsen met uitzondering van Hammde keurvorst legde bovendien bezetting in Cleve, Huissen, Kranenburg, Sonsbeck, Xanten en eenige afzonderlijke huizen. Toen de keurvorst naar de hand van prinses Louise Henhiëtte van Oranje dong, keerden de Staten-Generaal zich van de stenden af. Het huwelijk had op 7 December 1646 plaats. Toch wist de anti-orangistische partij een verbond van den keurvorst met de Republiek te voorkomen, terwijl de weerstand der landsstenden en de muiterij der slecht betaalde troepen zijn gezag tegenwerkten. Wel keurden de Staten-Generaal de benoeming goed van graaf Johan Maürits van Nassau, luitenant-generaal der cavalerie in Staatschen dienst, tot keuivorstelijk stadhouder van Cleve, Mark en Ravensberg en gaven (1) Ros. S. G. 120 October 1G46 e. v,

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1918 | | pagina 191