190
Res. R. v. St. 7 Juni 1636. Joachim
de St. George heer van Ver-
neuil, te voren sergeant-majoor
bij het regiment Candalle; 1636
majoor, 1645 kolonel.
hjst-vt,
Res. R. v. St. 7 Februari 1637
100 kurassiers.
Vaan N°. 3.
Garde van Prins Frederik Hendrik
(Res. H. 2 Juli 1625), of „Com
pagnie des guardes van Syne
„Hoocheyt te peerde" (Res. S. G.
16 November 1641).
Commandant waren achtereenvol
gens
1625. Graaf Herman Otto van
Limburg Stirum (2).
Res. R. v. St. 19 Mei 1623. Graaf
Willem Frederik van Limburg
Stirum.
Res. R. v. St. 18 December 1635.
Henri de Beringhen, heer van
Arminvilliers (3).
Comm. R. v. St. 14 November 1644.
Graaf Christiaan Albrecht van
Dohna (4). Na overlijden van
Prins Frederik Hendrik wordt
de vaan door Prins Willem II
als garde in stand gehouden,
onder den graaf van Dohna als
kolonel (5).
1625 153 kurassiers72 kara-
biniers, 123 bidets, op Hol
land (1).
Res. R. v. St. 7 Februari 1637 153
kurassiers en 72 karabiniers.
Vaan N°. 4.
Res. R. v. St. 8 Juli 1621. Her- S. v. o. 1621 100 kurassiers en
tog Johan Ernst van Saksen- 81 bidets, op Holland.
Weimar.
(1) Zij vormden feitelijk een compagnie kurassiers en een compagnie karabiniersde eerste
meer bepaald onder bevel van den commandant van het geheel. Onder de kapiteins der
compagnie karabiniers of harquebusiers wordt genoemd Gerard ter Clocke (Res. R. v. St.
8 Februari 1641).
(2) Hij was te voren ritmeester van vaan N°. 51 van Doel III.
(3) Te voren ritmeester van vaan N°. 02. Henri de Beringhen, geboren in 1603, over
leden in 1692. Hij vluchtte voor Richelieu uit Frankrijkwas tot na den slag bij Lutzen
in Zweedschen dienst en keerde na overlijden van den kardinaal naar Frankrijk terug.
(4) Op acte van 16 Maart 1044. Te voren ritmeester van vaan N°. 37.
(5) Res. R. v. St. 21 November 1647.
