312
en naar hunne compagnieën teruggezonden (Res. S. G. 8, 16, 20, 26
September, 8, 9 October, 21, 27 November en 10 December, Res. v. St.
21, 26, 27 September en 8 October, Res. H. 9, 11—20, 23, 26, 29
September, 2 October, 4, 5, 9, 11 en 19 December 1642; Res. S. G.
12, 19, 22, b0 Januari, 7, 9, 18, 19, 2327 Februari, Res. H. 15,
16 Jannari, 20 en 24 Februari 1648).
AANTEEKENING N°. 62 (bladz. 138).
Repartitie der waardgelders (S. G. Lias loopende 1644 dd. 30 Mei).
Gelderland en Overijssel 3 compagnieën van 122 hoofden, 365 hoofden,
Holland
12
4
Zeeland 3
Utrecht 2
Friesland 3
Groningen 2
150
133
29 compagnieën, te samen 4000 hoofden,
kostende 44.914 ter maand.
Gelderland en Overijssel werden, gelijk bij vorige gelegenhedensamen
gevoegd, omdat in plaats van waardgelders een aantal vuurroers voor
Herman Keultjes waren aangenomen (Res. R. v. St. 20 Juni).
AANTEEKENING N°. 63 (bladz. 140).
De luitenant-admiraal Tromp belette met Staatsche schepen de ge
meenschap van Grevelingentusschen Duinkerken en Calais, met de
zee. Voorts hielp de Republiek met 800 veldwagens en 10 door
paarden bewogen schepradmolens tot aftapping der inundatiezooals ook
in 1629 gebruikt waren bij het beleg van 's-Hertogenbosch. De veld
wagens, tweeradige voertuigen met één as en een steunijzer, voorzien
van zes stevig bevestigde halve pieken moestennaast elkander geplaatst
een versperring op het strand vormen. De molens voldeden niet, werden
teruggezonden zonder vergoeding der onkosten. Tieleman Aquilius was
als gedelegeerde weder bij het Fransche leger aanwezig (Res. S. G. 14
19 Mei, 18 Juni, 5 Augustus, Res. R. v. St. 18, 20, 27 Juni, 1, lö'
21 en 28 Juli 1644).
AANTEEKENING N°. 64 (bladz. 144).
De commandeur van Maastricht van Stein Callenfels had gaarne
de „Lamboysche lichting" uit elkander gejaagdde Staten-Generaal wilden
echter geen aanleiding geven tot neutraliteits-schennis en bepaalden zich
tot waarschuwing der onder hunne contributie staande neutralen om
2333
123 368
117 234
156 466
117 234
