42
Morgan, Holck en Hay, hunne en andere kapiteins verkozen afdan
king (1).
De overblijvende compagnieën werden gesteld onder bevel van „een
„aensienlijck hooft die voor alle excessen responsabel" zou zijn; ze bleven
onder eede van de Republiek, en werden ingekwartierd in Cleve, Berg
en Mark om „aldaer haer onderhout te becomen". De opbrengst der con-
tributiën moest hierin voorzien en de regeling dienaangaande, met het
oog op de handhaving der neutraliteit, zoo „secreet mogelick" geschie
den (2). Graaf Willem van Nassau-Siegen werd benoemd tot bevel
hebber met het hoofdkwartier te Wesel (3). De troepen bestonden uit (4)
21 compagnieën Duitschers, onder kolonel Johan van Loo. 2100 hoofden;
8 onder kolonel Holger Rosencrantz 800
10 Thomas Ferentz 1000
7 van Groningen (5)1400
8 Friesland800
2 ruiters van Friesland (6)200 paarden;
1 compagnie Groningen (7)100 hoofden; en
1 Soppenbroeck (8). i 100
In December 1629 was dit krijgsvolk „in de bovenquartieren inge-
„quartiert", aanvankelijk zonder een penning op zak oin levensmiddelen
te koopen, zoodat de Staten-Generaal een maand soldij beloofden voor
te schietenwaaraan de ontvanger-generaal echter niet kon voldoen (9)
waarop groote ongeregeldheden volgden.
Het grondgebied der Republiek had veel te lijden van afgedankte
soldaten, die bij gebrek aan middelen een vagebonden-leven leidden,
plunderden en moord pleegden. Om van hen af te komen stelde Holland
voor om de afgedankte Engelschen en Schotten te Rotterdam in te
schepen en gedurende de reis op landskosten te voeden, de Duitschers
te Deventer te verzamelen, vervolgens over de grenzen te geleiden; de
achterblijvenden als landloopers te vangen en te straffen. Ofschoon het
bedenkelijk scheen om zoo veel ruw volk bijeen te brengen en men
(1) Zie Aanteekening N°. 14.
(2) Res. S. G. 21 November, 9 December 1629.
(3) Res. R. v. St. 3 en 13 December 1629, op een traktement van 400 ter maand.
(4) Res. S. G. en Res. R. v. St. 6 December 1629.
(5) Groningen had verzocht om de 3000 man te reduceeren tot 15 compagnieën van 100
man (Res. S. G. 17 November 1629).
(6) Ze stonden onder de ritmeestors Harst en Mout.
(7) Deze vaan stond onder den ritmeester Bayohe va» der Wensen die te voren in
dienst van Denemarken was geweest. (Res. S. G. 6 December 1629).
(8) Deze vaan was, na afdanking door Brandenburg, t(jdel(jk door de Republiek in dienst
genomen en had deelgenomen aan het beleg van 's Hertogenboschde ritmeester Frederik
Quadt van Soppenbroeck was inmiddels vervangen door Hendrik Willem van Gevenich
(Res. R. v. St. 27 November 1629).
(9) Res. S. G. 19, Res. R. v. St. 24 en 28 December 1629,