Si regiment, het andere onder Ernhart Erentreyter, commandeur vftri Emden; elk regiment 3000 Duitsche voetknechten „van de beste ende „bequaemste soldaten" (1). De Staten-Generaal ontvingen in Maart bezoek van Cesar van Vendöme, natuurlijken zoon van koning Hen drik IV en de schoone Gabrielle d'Estrées, die een regiment Fran- schen onder zijn zoon Louis de Mercoeur in hun dienst wilde brengen; zijn broeder Lodewijk XIII weigerde echter zijn toestemming (2). Aan vragen van vreemde mogendheden om hier te lande troepen te werven werden begrijpelijkerwijze afgeslagen (3). Het veldtochtsplan omvatte den marsch van een groot leger onder prins Irederik Hendrik naar Vlaanderen, tevens om de sedert ruim tien jaren door de Zuidelijke gewesten niet opgebrachte contribution te innen. Een kleinei leger, onder de bevelen van graaf Herman Otto van Lim burg Stirum samengesteld uit 75 compagnieën infanterie, ongeveer 10000 manwaaronder de regimenten Gent en Erentreyter op Schenkenschans, 20 compagnieën cavalerie in de Lymers, te Emmerik en Wesel, was bestemd voor de verdediging van het eigen grondge bied (1). Terwijl reeds alle voorbereidende maatregelen getroffen, vrij- leger bij We'sel afgekondigd, de troepen ingescheept, de Prins en de gedeputeerden van Staten-Generaal en Raad van State uit den Haag vertrokken waren, bleek 't, dat de provinciën hare legerlasten nog niet hadden opgebracht, zoodat „de gewenste vruchten vant aenstaende „veldtleger nae beloop ende nature van de saecke selfs beswaerlijck „sal connen becomen worden." Weder kwam Holland geldelijk te hulp, onder voorwaarde dat alle provinciën hare lasten, in de eerste plaats voor de zeezaken, zouden opbrengen (5), Na inscheping op 18 Mei bij Wesel had den 25sten te Emmerik de afvaart plaats van het groote leger met bestemming naar het Vlak bij Rammekens. Het telde ongeveer 200 compagnieën infanterie, 1000 vuurroers uit verschillende garnizoeneneen artillerie-trein met 500 wagens behalve die der officieren, 12 compagnieën cavalerie onder den luitenant- generaal Thomas van Stakenbroeck. De overige cavalerie, 29 compag nieën onder Jacob van Randwijck, marcheerde naar Bergen-op-Zoom ten einde aldaar te worden ingescheept (6). De vaartuigen kwamen tusschen 27 en 30 Mei voorbij Rammekens, de troepen gingen bij de (1) Res. S. G. 8, 10 en 28 April, Seer. Res. S. G. 13 April 1631. Zie Aanteekening N°. 18. (2) Res. S. G. 3-5, 15 Maart, 3, 15 en 28 Mei, 5 Juni 1631. (3) Bij uitzondering mocht Alexander Leslie 100 man voor MoscoviS lichten. Dit rijk, waarmede men een levendigen graanhandel onderhield, had 5000 man aangevraagd (Res! b. G. 12 en 18 Augustus, 1, 2 en 12 September 1631). (4) Seer. Res, S. G. 30 April; Lias loopende 1631 dd. 25 Mei. De schipbruggen by Grave, cienkenschans, Nymegen en Wesel bleven liggen, by beide laatstgenoemde plaatsen tot in November (Res. R. v. St. 15 November). (5) Res. S. G. 6-8, 12, 13, 16, 24 en 31 Mei 1631. (6) Lias loopende 1631 dd. 25 Mei. Zie Aanteekening N°. 19 voor het marschbevel.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1918 | | pagina 71