57
behaalde hij, als reeds gezegd, op 17 September 1631 bij Breitenfeldten
N. van Leipzig, een beslissende overwinning op Heinrich "Gottfried
graaf van Pappenheim, hetgeen bij keurvorst Frederik Y van de
Palts de hoop verlevendigde op herwinning zijner erflanden. Hoewel
„de flnantien van desen Staet ten hoochsten beswaert ende vuytgeputtet"
waren, besloten de Staten-Generaal den keurvorst met 150.000 te
ondersteunen; maar ook de toezending van dit bedrag, evenals de
subsidies voor Zweden leden onder het trage verloop in de Republiek
van alles wat de geldzaken betrof. De koning-keurvorst voegde zich te
Frankfort bij Gtjstaaf Adolf en betrok met hem de winterkwartieren
bij Mainz (1).
Na den nederlaag van de keizerlijken en de liguisten aan den Lech
bij Augsburg (5 April 1632) deed Gcjstaaf Adolf op 17 Mei zijn zegen
rijken intocht te Müncben. Den 16den November behaalde hij bij Lutzen
een schitterende overwinning, doch sneuvelde aldaar. Hertog Bernard
van Saksen Weimar aanvaardde het opperbevel over het Zweedsche
legermet Dodo van Inn- en Knyphausen als onderbevelhebber. Gtjstaaf
Adolf werd opgevolgd door zijn eenige dochter Christina, die pas den
leeftijd van zes jaren bereikt had (2). Gedurende hare minderjarigheid
kwam de regeering van Zweden in handen van een rijksraad, waarvan
Axel Oxenstierna de ziel vormde. Aan hem werd bij het tractaat van
Heilbron tevens de leiding der Evangelische belangen in Duitschland
opgedragen (13 April 1633).
De koning-paltsgraaf overleefde zijn vriend slechts weinige dagen; hij
overleed den 29sten November te Mainz, zonder in het bezit zijner erf
landen te zijn hersteld.
Bij de tegenpartij bezweek Tilly op 30 April aan de wonden, welke
hij in den slag aan den Lech bekomen had. Pappenheim was bij Lutzen
gesneuveld. Wallenstein rukte met het overschot van zijn leger over
Leipzig naar Bohemen, waar hij zonder zich om keizer of Liga te be
kreunen oppermachtig en onafhankelijk de winterkwartieren betrok.
De oorlog tusschen Polen en Zweden eindigde in 1635 met den vrede
van Stuhmsdorf.
(1) Res. S. G. 14 November 1631, 24, 25, 27 Januari, 26 Februari, 3 Maart 1632. Thomas
van Stakenbroeck begeleidde den Winterkoning met eenige Staatsolie vanen naar Frankfort.
Op zijn terugtocht vorderde hp 8000 rijksdaalders van Munster, als straf voor gepleegde
vijandelijkheden.
(2) De koning had bij de Hollandsche Margaretha Cabeljauw een natuurlijken zoon
Gustafson graaf van Wasaborgtot 1648 bisschop van Osnabrück.