101 In begin October moest cle stad hare poorten voor den keurvorst ope nen; deze vermeerderde de bewapening der citadel met 50 kanonnen, benevens materialen en munitie, alles te Amsterdam ingekocht. Het overleg leidde niet tot een verbond, slechts kwam een reglement tot stand, regelende het marcheeren van troepen op wederzijdsch grond gebied, hetwelk in de praktijk weinig uithaalde (1). b. Tegenover Oost-Friesland bepaalden de zorgen van de Republiek zich hoofdzakelijk tot de door haar uitgeleende sommen, zoowel aan het vorstelijke stamhuis als aan de Stenden. Sinds het uitbreken van den oorlog in 1672 stelde zij pogingen in het werk om de schulden be taald te krijgen, waartoe zich „seer weynigh apparentie was open- „baerende", zoodat meermalen „met de stercke handt" werd gedreigd. In 1678 kwam met Christina Charlotte, weduwe van den in 1665 over leden vorst George Christiaan, regentes voor haar zoon Christiaan Eberitard, een regeling der schulden tot stand. De Stenden toonden zich bereid tot betaling zoodra ze van de vreemde inkwartieringen waren verlost: waarvoor inderdaad veel te zeggen viel (2). Gedurende de oorlogsjaren had Oost-Frieschland voortdurend te lijden van vreemde inkwartiering. Gelijktijdig, soms na elkander, ver schenen Munstersche, Deensche en Brunswijksche troepen, welke hun verblijf door „exactien, affpersingen van geit, slagen ende plagen der „Ingesetenen op den platten Lande" kenmerkten. Afkoop hielp weinig. In 1676 kochten de huisluiden zich vrij van fourageeringen der Deen sche cavalerie „voor eerst met ses stuyver yder gras". In hetzelfde jaar sloten de Stenden met de Brunswijkers een geldelijke overeenkomst, maar toen de Brunswijksche gezant een gestorte som medenam zonder daarvan iets voor de troepen te bestemmen, bleven.de soldaten op den ouden voet geweld plegen. Op 28 Augutus belette de commandeur van Leeroord aan Munstersche troepen 1 regiment cavalerie en 1000 man infanterie den Eems-overgang uit Reiderland naar de Leersche zijde. Deze dwongen nu de Jemgummers hen naar de zijde van Em- den over te zetten, waar bovendien 6 regimenten infanterie met 18 metalen stukken en mortieren, zoogenaamd uit Stade aankwamen, doch werkelijk uit Meppen. Weldra bezetten zij Oldersum en de toegan gen tot Emden, dreven het vee weg en sloten met de vorstin een ver drag „tegen der Stenden vrijheijt ende d'opgerechte accoorden en „concordaten". Na tusschenkomst van Hunne Hoog Mogenden boden de Munstersche tegen „een aendragelijcke somme" aan om te vertrek- (1) Res. S.G. 11, 28 April, 19 Juli, 18, 21, 22 Augustus, 30 September, 15 November, 12 December 1684, 7, 25 April, 11 Mei. 11 Juli, 3 October 1685. (2) Res. S.G. 6 Januari, 68 Maart, 24 April, 9 Mei, 16 Juni 1673, 13, 17, 28 April, 23 Mei 1676, Res. R. v. St. 10 Mei, 20 December 1678.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1940 | | pagina 121