148 bedroeg 1.463.8411211. De Staten van Gelderland consenteerden „als soo veel haer Ed. Mo. deselve bij ondervindinge van haer aller „uytterste macht ende vermogen sullen connen uytvoeren ende effec- „tueren"; nagenoeg geheel het Nijmeegsche kwartier was, na het ver trek der Franschen, onder water gebleven wegens het onvermogen dei- landbezitters om de herstellingskosten van de watermolens te beta len (1). Sinds de opening der vredesonderhandelingen te Nijmegen, consen teerden de provinciën slechts onder voorbehoud, dat onmiddellijk na de onderteekening van den vrede het leger zou verminderd worden. De bondgenooten wachtten dit tijdstip niet rustig af. Eeeds in het be gin van 1678 verminderden eenige provinciën eigenmachtig de sterkte harer compagnieën „waerdoor niet alleen d'andere bontgenoten wer- „den verongelijckt, maer oock het gemeene vaderland grooten on- „dienst toegebracht". De Staten van Holland stelden op 26 Juli een plan van cassatie vast, hetwelk op hun verzoek door den prins van Oranje ontworpen was en het volgende inhield aan infanterie achtte men noodig: het regiment gardes en 25 regi menten van 12 compagnieën voor den dienst te velde, minstens 23 re gimenten, mede van 12 compagnieën, tot bezetting der frontieren, het regiment gardes zou zijn sterkte behouden, alle andere compagnieën te reduceeren op 60 man in rijen en gelederen, ongerekend de officieren; aan cavalerie: 20 regimenten van 6 compagnieën ad 50 ruiters in rijen en gelederen, ongerekend de officieren en 2 regimenten dragon ders van 10 compagnieën ad 80 man, als voren, met bestemming voor den dienst te velde; de overige militie kon gelicentieerd worden, hetgeen op den staat van oorlog een bezuiniging zou geven van 4.593.340 „salvo justo „calculo". Op 12 September bood de Eaad van State een nieuwen staat van oorlog aan, welke was samengesteld naar de voorstellen van Holland en een door gedeputeerden van Hunne Hoog Mogenden nader uitgewerkte berekening, met een bezuiniging van 4.735.45216 11, verder met in achtneming van de resolutiën van 26 Juli, 4 Augustus en 1 September, waarbij Hunne Hoog Mogenden goedvonden te bepalen om de compag nieën te paard, behalve van de gardes du corps en van het regiment gar des te paard, te reduceeren tot 50 paarden, hij de dragonders tot 80 paarden, de compagnieën infanterie, met uitzondering van het regi ment gardes van Zijn Hoogheid, de Friesche en Groningsche gardes, tot 60 man, allen in rijen en gelederen, dus buiten en behalve de offi cieren. De summa grossa van den nieuwen staat bedroeg 817.84612 9, derhalve 645.99502 per maand minder dan voorheen. Hunne Hoog Mogenden verzochten den prins van Oranje om de overtollig ge- (1) Res. S.G. 23 December, Res. R. v. St. 24 December 1677, Res. S.G. 10 Januari, 11 Maart, 3 Juni, Seer. Res. II. 12 Februari, Res. Gelderl. 15 Mei 1678.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1940 | | pagina 168