193
trekking niet; behield „mits sijne hooge jaren ende swackheyt"
levenslang majoorstraktement; zijn zoon Jan Gijsbrecht, die
zijn vaan verkreeg moest hem maandelijks 350 uitkeeren (1).
O. 25 Januari 1687.
Comm. 4 Januari 1689. Sinds 13 Juni 1684. Floris Karel van Beye-
ren Schagen, graaf van Warfusé, op majoorstraktement; was
majoor bij het regiment No. 21. O. 22 Mei 1699.
Majoors.
Sinds 1671. Robert Raveschot de Cappelle.
Comm. 10 Januari 1673. Sinds 1 November 1672. Dirk van Wassenaer
heer van Wouw.
Comm. 13 Februari 1680. G. Ruysch.
Comm. 4 Mei 1689. Sinds 1 Januari 1688. Hendrik van Ittersum tot
Bevervoorde.
No. 7. Oud 4de regiment op Holland (2).
Kolonel.
Sinds 1672. Jacob van Wassenaer, heer van Wassenaar-Obdam; 1683
Generaal-majoor. G. 1635; O. 24 Mei 1714.
Majoors.
Sinds 1672. Louis Mario de la Feuillade gezegd de laGuette; 1674
kolonel van het regiment No. 27.
Comm. 3 Mei 1675. Hendrik van Ittersum tot Nieuwenhuys; 1677
over naar het regiment No. 5.
Comm. 18 November 1677, sinds 13 Juli. Maerten van Dockum; te
voren majoor bij het regiment No. 23.
No. 8. Oud 4de regiment der lichting van 4 Februari 1672 (3).
Kolonel.
Sinds 1672. Graaf Adriaan Gustaaf van Flodrof; 1683 generaal-
majoor. Het kolonelstraktement werd volgens acte van 25 Januari
1681 betaald uit dat van 's Prinsen adjudant-generaal; sedert 1682
ontving hij het in plaats van den overleden kolonel Filips van
Emmenhuysen tot Eppe (Regiment No. 26).
Majoors (4).
Sinds 1672. Willem Roeleman van Quadt-Soppenbroeck; 1675 ko
lonel van het regiment No. 10.
Comm. 13 Maart 1676, sinds 1 Januari. Otto van Wylich, baron van
Lottum.
(1) Res. H. 13 Juni 1684, Res. R. r. St. 11 Augustus 1685.
(2) Zie Deel V bladz. 432.
(3) Zie Deel V bladz. 436.
(4) Onder de compagnieën op den staat van oorlog voor 1678 wordt (verkeerdelijk) Hen
drik van Zuijlen als majoor bij dit regiment genoemd.
VI
13