220 „sage", in de tusschenjaren „surtouts of bovenrocken van goede Pije". Ten einde de soldaten zoo min mogelijk te bezwaren, moesten „werden „geschuwt alle onnodige onkosten ende cieraden" (1). Een „Nader „Ordre ende Reglement voor de Engelsche ende Schotsche regimenten, „zijnde in dienst van den Staet" d.d. 9 Juni 1687 bevatte verschillende bepalingen omtrent de kleeding. De Engelsche soldaten kregen daar voor een korting op hun traktement van 48 stuivers per heeremaand, de Schotten 42 stuivers, hetwelk voor een regiment van 12 compag nieën in twee jaren opliep tot 22.464 bij de Engelschen, tot 19.430 bij de Schotten. Uit dit „Retentie-geldt" betaalde men de traktemen ten voor den predikant van het regiment, den adjudant, den chirurgijn majoor, den tamboer-majoor, voor den soldaat de kosten van een rok, een bovenrok, een lederen broek, een paar schoenen, een hoed, een hemd, een das, een paar kousen, voorts de tamboers-monteering (2). Aangezien de kleeding zeer veel afhing van den kapitein, was het verschil tusschen compagnieën van hetzelfde regiment zeer merk baar. Zoo beriep kapitein Caspar van Braem van het regiment van prins V illem Maurits van Nassau bij zijn in 1680 ingediend verzoek schrift om de overgang zijner compagnie van de Hollandsche op de Friesclie repartitie te herroepen, zich op de te Hasselt gehouden mon stering, waar hij het bevel voerde over „eene complete ende tout a fait „gemonteerde compagnie", Hollandsche repartitie, en niet te min ge noodzaakt was om te wisselen met de „seer gedemonteerde ende onge- „kleede compagnie" van kapitein Pieter van Steelandt, van het zelfde regiment op Friesche repartitie (8). Bijzonderheden omtrent kleeding en uitrusting kunnen worden na gegaan in resolutiën der Staten-Generaal, vermeldende de consenten tot vrijen uitvoer over de grenzen (uitgaande rechten)invoer van wa penen uit het buitenland was vrij (4). B. REGIMENTS VERB AND. a. Algemeen. De hierna volgende lijst van 68 regimenten, in 1674 gerepartieerd op 4 provinciën, Holland, Zeeland, Friesland en Groningen, bevatte I. van de oude regimenten2 van Gelderland, 12 van Holland, 3 van Zeeland, 2 van Utrecht, 4 van Friesland, 1 van Overijssel, 2 van Groningen, samen26 regimenten (5) (1) Ree. Mil. I Num. 73. (2) Ree. Mil. I Num. 76. (3) Res. S.G. 22 Mel 1680. (4) Res. S.G. 17, 22 April 1675. (5) Deel V 463-479.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1940 | | pagina 240