11
van 1672. De uit het buitenland aangekomen onvoltallige of „niet
bequaem zijnde" compagnieën stak men bij andere onder en vond de
aanrits- en transportgelden door het ontslag van eenige hoofdofficieren
en compagnieën te paard. Bleek bij de monstering de sterkte overeen
komstig de gesloten capitulatie te zijn, dan ging terstond de betaling
der soldij in. De nieuwe regimenten, welke in Hoofdstuk Y worden op
gegeven, waren afkomstig uit Noord-Duitschland, Holstein, Zweden,
Koerland; zij verzamelden voornamelijk te Hamburg. De schippers
rekenden vroeger voor vracht een rijksdaalder per man en eischten
thans de dubbele som. Ongunstige berichten omtrent zekerheid van
betaling en behandeling bij aankomst in de Republiek verhinderden het
sluiten van menige capitulatie (1). De prins van Oranje wenschte ook
de werving van Zwitsers door te zetten. De afmarsch uit hun vaderland
van 3600 Zwitsers, in 1672 bij capitulatie aangenomen door graaf
Frederik van Dohna, heette te zijn afgestuit op het uitblijven van de
werf- en transportgelden. Voorloopig hoopte de Prins „eenige defectu-
„euse Trouppen" door Zwitsers te vervangen. De Staten van Fries
land toonden zich bereid om 16 compagnieën, die zij reeds lang verplicht
waren op te richten, uit Zwitsers samen te stellen, onder beding dat
rekening zou worden gehouden met de naar hun meening onrechtvaar
dige verdeeling van lasten op den staat van oorlog. Nogmaals beletten
groote bezwaren niet het minst ten gevolge van door Frankrijk op
de kantons uitgeoefende druk de opneming van Zwitsersche korpsen
bij het Staatsche leger (2).
B. DE KRIJGSVERRICHTINGEN VAN 1673. VERLIES VAN
MAASTRICHT. VEROVERING VAN BONN. DE REPUBLIEK
GROOTENDEELS VAN DEN VIJAND VERLOST (3).
In de laatste dagen van April 1673 vonden belangrijke veranderin
gen in de bevelvoering plaats. Veldmaarschalk prins Johan Maurits
van Nassau-Siegen vertrok naar Friesland als oppperbevelhebber in
de noordelijke provinciën; onder hem voerden het bevel in Friesland
de luitenant-generaal Hans Willem van Aylva, in Groningen Karel
Rabenhaupt, de troepen voor beide gewesten bestaande in de infan-
terie-regimenten van de colonels Gerrit van Amama, Henry Graham
(algemeen bekend onder den naam van Grim), prins Willem Mau
rits van Nassau-Siegen, George Wolfgang van Schwartzenberg,
prins Hendrik Casimir en Hendrik Torck, de cavalerie-regimenten
(1) Res. H. 14 Februari, 19 April, 12, 13, 19 Juli, Secr. Ros. S.G. 15 Februari, Res. S.G. 15,
19 Mei, 8, 24 Juni 1673.
(2) Res S.G. 12 Januari, 17 November, Secr. Res. S.G. 22 November 1673.
(3) Betreffende de krijgsgebeurtenissen van de jaren 16721678 vindt men op het Alge
meen rijksarchief: secreete brieven van den prins van Oranje (N° 7149 register Staten Gene
raal), van gedeputeerden en anderen (N° 7153), het verbaal van G. A. van Reede. Ameron-
(ïen, gedeputeerde te velde in 1676 (N° 8214).