(1) Jan Jacob Geersema. 331 AANTEEKENING N° 30 (bladzijde 130). De 4 compagnieën van het regiment Pembroke gingen naar hun vorig garnizoen Bergen op Zoom, de 6 compagnieën van het regiment Holstein naar Heusden; het reserve-regiment Coeverden werd van Heusden naar Bergen op Zoom verplaatst. De ruiters en dragonders vertrokken naar hunne vroegere garnizoenen; van de Fransche gere formeerde officieren werden 30 ingedeeld bij het regiment Pagel, onge veer een 30-tal zochten op eigen gelegenheid naar Engeland te komen, terwijl ten opzichte van hen, die geen pensioen genoten, nader viel te beslissen. AANTEEKENING N° 31 (bladzijde 130). „The difficulty of moving fieldpieces was extreme. When William „marched from Devonshire to London, the apparatus which he brought „with him, though such as had long been in constant use on the Con tinent, and such as would now be regarded at Woolwich as rude „and cumbrous, excited in our ancestors an admiration resembling that „which the Indians of America felt for the Castilian harquebusses" (Macaulay. History of England). Het verhaal van dezen schrijver, dat een eskadron Zweedsche cava lerie in zwarte wapenrusting, omhangen met pelsmantels, en een af deeling Zwitsersch voetvolk algemeen de aandacht tot zich trokken, moet op een vergissing berustendergelijke troepen waren bij het Staat solie leger niet ingedeeld. AANTEEKENING N° 32 (bladzijde 149). „Is ter vergaderinge gelezen de requeste van Graeff Eens, houdende „in effecte dachten over de twee solliciteurs Geersma (1) en van Dil- „sen (2), dat die de penningen van het geheele Ilegiment altijt op „ordonnantie hadden ontfangen, ende naer haer believen met cleyne „sommatie aen de officieren uytgedeelt, ende excessive costen in ree- „keninge gebracht, soo dat bij sluyten van de reeckeninge devoor- „schreve solliciteurs nu pretendeerden Weynich aent' regiment schul- „dich te sijn, dat bij de heeren Staten van de provincie van Stadt ende „Lande veele frivole exeptien vande voornoemde solliciteurs wierden „geadmittert, dat hij heere Grave noyt een ordonnantie van sijn hooch „Tractement noch van sijn compagnie selff conde machtich werden, „ende andere dachten meer, breeder in de voorschreve requeste ver eelt, versoeckende om geallesueerde redenen, dat haer Ho. Mo. sorge „voor hare betalinge gelieven te dragen." Op verzoek van Groningen (2) Govert van Dilsen.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1940 | | pagina 351