•overval op Ypenburg was mislukt en alle verdere Duitsche plannen, gebaseerd op het
bezit van dit belangrijke vliegveld in het hart des lands, waren daarmede voor goed onuit
voerbaar geworden. Honderden krijgsgevangenen en een zeer belangrijke buit aan wapenen,
munitie en levensmiddelen vielen in eigen handen, terwijl op en om het veld de niet te
tellen wrakken van vliegtuigen deze Duitsche nederlaag duidelijk demonstreerden. Alle
tegen het vliegveld ingezette Duitsche luchttroepen waren vernietigd of gevangen genomen,
maar dit schitterend succes was alleen verkregen kunnen worden met vrij ernstige
verliezen aan dappere Nederlandsche soldaten. Vooral het 11° Bataljon Grenadiers had
ernstig geleden; onder de verliezen van dat bataljon bevonden zich in de eerste oorlogs
dagen o.m. de vier compagniescommandanten, van wie drie waren gesneuveld en de vierde
was gewond.
b. Het vliegveld Ockenburg.
De herovering van het vliegveld Ockenburg is geschied door I-R.Gr., terwijl eenige
compagnieën van het 2e en i3e Depotbataljon, op verzoek van C.-R.Gr. tot versterking
uitgerukt, voornamelijk in de omgeving van Loosduinen tegen den vijand zijn opgetreden.
Twee compagnieën van genoemd Grenadierbataljon (3 en 2-I-R.Gr.,) rukten na elkaar
naar den Westrand van „Meer en Bosch" op. Alhier werd omstreeks 6.30 door 3-I-R.Gr.
contact verkregen met den vijand, die de Wijndaalderswoning, zoomede andere punten
in de omgeving, reeds had bezet. De voorwaartsche beweging van 3-I-R.Gr., waarvan een
gedeelte de Kijkduinsche straat bereikte of deze was overgestoken, kwam door het hevige
vijandelijke vuur tot staan, waarna de compagnie grootendeels naar den boschrand
terug trok.
Inmiddels was I-2 R.A., gekantonneerd te Poeldijk, ingevolge opdracht van den divisie
commandant, voor rechtstreeksche steun ter beschikking van C.-R.Gr. gesteld. De afdee-
ling kwam nabij het kantonnement in stelling en opende omtreeks 8.00 het vuur op het
vliegveld (zie blz. 160), welk vuur door waarneming van den watertoren van Monster
af met succes werd geleid. Ook is naderhand getracht vuur uit te brengen op de Wijn
daalderswoning, doch dit had niet het gewenschte resultaat.
Nadat 3-I-R.Gr. naar den boschrand was teruggekeerd, kon een krachtiger aanval
worden ingezet, waarbij samenwerking tusschen eenige onderdeden van het bataljon werd
verkregen. Beide compagnieën gingen gezamenlijk tot den aanval over, waarbij de rechter-
compagnie (2-I-R.Gr.), waaraan een sectie zware mitrailleurs was toegevoegd, opdracht
had om te zwenken, teneinde het veld omvattend uit Noordelijke richting aan te vallen
(zie schets Nr. XXXII), Nadat de vijandelijke tegenstand in de Wijndaalderswoning was
gebroken en het artillerievuur waarvan bij het voorwaarts gaan aanvankelijk eenige
hinder werd ondervonden naar voren was verlegd, kwam er meer schot in den aanval.
Het gelukte den vijand voor zich uit te drijven en in het begin van den middag op het
vliegveld door te dringen.
Het veroverde vliegveld met omgeving werd onmiddellijk hierna van vijanden gezuiverd
en het geheele gebied afdoende beveiligd. Een poging van den vijand om over Loos
duinen door te dringen naar Den Haag, was inmiddels ook verijdeld door krachtige
maatregelen van de aldaar aanwezige Nederlandsche onderdeelen, waarbij i-I-R.Gr.
en de genoemde depotonderdeelen. Het gros van de Duitschers, onder bevel van den com
mandant van de 22® „Luftlande Division", Luitenant-Generaal Graf von Sponeck, was
173
