153 prins Louis van Baden stonden of kwamen aan den Rijn, 20000 onder prins Eugenius van Savoye in Italië. Keurvorst Frederik III van Bran denburg, die onder des keizers goedkeuring op het punt stond te Konings bergen „de Conincklycke digniteyt" aan te nemen, beloofde een hulp korps van 8000 man „tot bereyckinge van des keysers oogmerck omtrent „de Spaansche successie. Keurvorst Maximiliaan Emanuel van Beieren, gouverneur der Spaansche Nederlanden, prins Karel Hendrik van Lotharingen-Yaudemont- en hertog Victor Amedeus van Savoije erkenden Filips van Anjou als den wettigen opvolger. Lodewijk XIV nam. binnen den tijd, dat de keizer zich over het tweede verdeelingsver- drag kon verklaren, het Spaansche testament ten voordeele van zijn kleinzoon aan. Op 22 November had te Madrid de uitroeping van Filips als koning van het onverdeelde rijk plaats. Nog vóór zijn overkomst verbande de nieuwe souverein de weduwe zijns voorgangers, Maria Anna van de Palts-Nieuwburg, naar Toledo; hij machtigde zijn groot vader om in de Nederlanden alle bevelen te geven, die wenschelijk of noodig geacht mochten worden. Keurvorst Maximiliaan Emanuel, gewonnen door Lodewijk's beloften in zake verkrijging van het palatinaat en andere gunsten, verbond zijn lot aan dat der Franschen. Inderdaad was Lodewijk XIV heerscher over de Zuidelijke Nederlanden geworden. De Fransche gezant Gabriel de Briord stelde Hunne Hoog Mogenden met de jongste gebeurtenissen in kennis. Zij toonden zich onaangenaam getroffen, doch spraken hun vertrouwen uit „dat hoogstgedagte Syne „Majesteyt naer sijne groote wijsheijt ligtelyck sal weten te considereren, „dat hare Ploogh Mogende niet in staat zijn om op het tegenwoordige „voorval haer aenstonts te kunnen expliceren" (1). Voor de Republiek viel geen staat meer te maken op „de Barriere „van de Spaensche Nederlanden, altoos geconsidereert soo essentieel „voor de securiteyt deser Landen" en zij begreep haar plicht om zich „aenstonts ende sonder eenigh uytstell in postuyr van defensie te stellen Jntusschen hoopten Hunne Hoog Mogenden in samenwerking met Fran krijk den vrede te kunnen handhaven, mits onder verzekering voor de veiligheid hunner grenzen. Terwijl koning Lodewijk het gerucht liet verspreiden, dat de Republiek den oorlog wenschte, traden spoedig zijne ware bedoelingen aan 't licht. In Januari zond hij maarschalk de Boufflers met een troepenmacht naar Vlaanderen, hetgeen deed vreezen voor het behoud der Staatsche garnizoenen te Luxemburg, Aarlen (Arlon), Namen, Charleroi, Bergen, Audenaerde, Ath, Kortrijk en Nieuwpoort, wier sterkte wel was opgewassen tegen de Spaansche troepen, doch geenszins tegen die der Franschen. Generaal-majoor Willem van Heuckelom ontving van koning Willem opdracht om zich naar Brussel te begeven, des gewenscht de 22 bezettings-bataljons terug te doen trekken, terwijl de graaf van (1) Seer. Res. S.G. 15, 19, 20, 22 November, Res. S.G. 2, 4, 8, 18 December 1700. Bij den intocht van Briord te 's-Gravenhage sloeg Abraham Ludolf ,,heyrpouker onder de blaeuwe garde" den keteltrom (Res. S.G. 7 Januari 1701).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1950 | | pagina 167