209 „ist geschapen, hoogh Mogende heeren, dat de vrijheid van deliberatien „hoe langer hoe meer sal veraerden in een source van tweespalt, ja dat „deselve metter tyd geheel sal verydelen het voornaem einde (1) van de „Unie, zijnde de onderlinge defensie tegen uytheemsch geweld". Alle op den staat van oorlog voorkomende posten moeten ten volle betaald, de militie gevrijwaard van „trage betaaling en excessive kortingen, waaronder „de militie in het generaal sugt, en die se niet anders konnen aensien als „voor een kanker, die metter tyd de militie geheel en al opeeten sal, ge- „lijck men daar van al sedert een geruyme wijl de beginselen siet, zynde de „militie zelfs by publycque authoriteit op verre na soo sterck niet als se „wesen soude soo se rigtig betaald wierd". Sinds 1698 waren de compagnieën infanterie, ten behoeve van het on dersteuningsfonds voor gereformeerde officieren, verminderd met 2 man en 1 tamboer; aangezien „by experien tie bevonden wierde dat het casseren „vanden voorschreven tambour ondienstigh ende naedeligh was" kwam hy weder in de sterkte, tegen afvoering van een tweeden soldaat (2). De summa grossa bedroeg 953.092-8-4. De Staten van Friesland verklaarden bij hun consent, dat zij de bij hun vorig consent afgewezen 6 compagnieën van het regiment Haersolte thans aannamen, nu „den toestant van tijden en zaken zedert merckelijck is „verandert", doch bleven het traktement voor kolonel Reynhard wei geren De Staten van Groningen bleven aanvankelijk bij hunne weige ring der 10 compagnieën van kolonel Reynhard en de 2 van Oxenstier- na, doch trok deze in Augustus 1701 in ten opzichte van 5 compagnieën van Reijnhard, 1 van Oxenstierna, welke aan de expeditie naar Holstein hadden deelgenomen; de andere 6 compagnieën waren reeds verloopen. De stad Groningen verkeerde in oneenigheid met de Ommelanden over de consenten van lasten (3). Over het algemeen betaalden de pro vinciën de militie „seer inegualyck", waardoor de sterkte verre beneden de bepaalde bleefeen verschil, hetwelk er bij de uitbreiding van het leger niet minder op zou worden. Voorstellen tot vermeerdering der legersterkte lieten niet lang op zich wachten. Op 31 Januari verscheen een petitie van 996.525 voor recru- teering met 13320 man (4). De eenigszins gewijzigde sterkte werd uitge werkt op de eerste extra-ordinaris staat van oorlog van 5 Maart 1701 „continerende de recrutes van de compagnien te voet en te paard, mids- „gaders de besoldiging van twee regimenten te voet ieder van twaalff „compagnien, gecomandeerd door Fransche gerefugieerde officieren, die „in den laasten oorlog in Piemont en naderhand aan den Rhyn hebben „gediend, en nog van 42 nieuwe compagnien te voet te samen dienende tot „remplacement van 66 compagnieën te voet, die naar de jonxte vrede (1) Doeleinde. (2) Res. S.G. 1 November 1700. (3) Res. S.G. 11, 30 Maart, 14, 21, 25 April, 4, 7, 13 Juli, 2 Augustus 1701. (4) Zie bladzijde 156. VII 14

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1950 | | pagina 223