8 moesten aandringen op storting der gedane consenten, zelfs voor posten van reeds vervlogen jaren. Men mocht al tevreden zijn met eene geregelde betaling van de op den ordinaris staat van oorlog voorkomende militie; die van den extra-ordinaris staat liet veelal te wenschen over (1). Terwijl de op 4 October 1C88 gepetitionneerde 600.000 voor de legerlasten van genoemd jaar nog volstrekt niet waren volgestort, betroffen de in 1680 ingediende petities behalve voor den staat van oorlog dd. 14 Januari: 1.500.000 voor de legerlasten van 1689 „dewijle bij „dit vriesent weder wel iets bij den vijant tot prejuditie van den Stae' „soude connen geattendeert werden ^öf dat ligtlijck de occasie sig soude „connen presenteren dat by onse crychsmagt het eene of bet andere, „ten beste ende tot defensie van ons lieve vaderlant soude behoren onder komen te werden, in allen gevalle sal men niet konnen affwesen, eene „considerable armee vroeg in 't veldt te brengen, ende eene langdurige „campagne tegemoet te sien, dewelcke sal moeten versien te werden van „een behoorlijcken train, soo van amunitie als mede van het ghene tot „desselffs subsistentie werde gerequireert, mitsgaders van schepen, „karren, waegens als oock schipbruggen ende togtpaerden, Officieren „ende Trains Personen om die te conduiseren". Hunne Hoog Mogenden hadden oorspronkelijk 1.200.000 voorgesteld, doch de Baad van State oordeelde dit bedrag te gering. Friesland begon met het toestaan van 1.000.000, met belofte van contante betaling van de helft, eindigde echter met goedkeuring van het geheele bedrag. Nadat in April de Staten van Holland hunne quote grootendeels hadden voldaan, bleef de Raad van State de andere provinciën herhaaldelijk aanmanen ('2) dd. 16 Maart: 124.820 voor 14 nieuwe compagnieën cavalerie. Aan- ritsgeld 48 rijksdaalders per ruiter; transportgeld een maand soldy 59 rijksdaalders, 4 stuivers. Een compagnie van 60 ruiters behalve de officieren 8552 rijksdaalders; 14 compagnieën 49.728 rijksdaalders 124.320 per maand. dd. 6 April: 29.841-8-6f voor 2 compagnieën guides ad 1 ritmeester, 1 kwartiermeester, 1 korporaal, 1 schrijver, 26 ruiters, te samen 30 man met 34 paarden. dd. 3 Mei: 150.000. De Raad van State overwegende „dat dewijle de „militie van den Staet jegenwoordigh te velde was, ende naer alle appa- „rentie op diversche plaetsen soude moeten ageren, ende in oorloghs „actiën alles op syn tijt, ende met ordre moet geschieden, haer Ho. Mo. „naer derselver hooge wijsheijt wel conden oordelen, dat de ordres vande „generaels persoonen met de verevste promptitude niet en conden werden „geexecuteert, nogh vande respective Regimenten den gerequireerden „dienst getrocken sonder d 'assistentie van die officiers, met dewelcke inde „voorgaende oorlogen waren versien geweest naementlijck ijder generaels (1) Res. R. v. St. 3 Januari, 20 Mei, 4 September, 2 October, Res. S.G. 6, 7 Januari, 18 Februari, Seer. Res. S.G. 3, 4 Februari 1689. (2) Res. S.G. 12, 14 Januari, 31 Maart, 4, 9 April, Res. R. v. St. 13 Januari 1689.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1950 | | pagina 22