17
eiken soldaat in de gewone Brabantsche gasthuizen verplicht was te be
talen; alleen voor het hospitaal te Brussel was de schuld reeds opgeklom
men tot 3.531-10. 't Schrikte den Amsterdamschen koopman Arent
Bosch niet af om een contract te sluiten tot aflevering te Corunna in Galicië
van een partij rokken, broeken, hoeden, kousen, schoenen, dassen en
zijdgeweer, ten behoeve van 3000 recruten, die van daar met een Neder-
landsch convooi naar Nieuwpoort en Ostende zouden vervoerd worden (1).
Keizer Leopold en het Duitsche Rijk bevonden zich niet alleen met
Frankrijk in oorlog, ook met Turkije. De Duitschers streden met voordeel
tegen de Turken; hun opperbevelhebber, prins Bodewijk Willem van
Baden, versloeg de Turken op 30 Augustus bij Pozarewatz in Servië,
op 24 September bij Nitscha in Stiermarken. Ook tegenover de Franschen
had men reden tot tevredenheid; hunne pogingen in den afgeloopen
winter om zich van Keulen en Luik meester te maken, waren mislukt.
Voor den krijg in den zomer werden drie legers samengetrokken: aan den
Boven-Rijn onder keurvorst Maximiliaan II FjManuel van Beieren,
verzamelplaats te Villingen in Baden; aan den Midden-Rijn onder hertog
Karel IV Leopold van Lotharingen, verzamelplaats nabij Frankfort;
aan den Neder-Rijn onder keurvorst Frederik III van Brandenburg,
verzamelplaats te Wesel (2).
Laatstgenoemde keurvorst nam de leiding op zich van de belegering
van Keizersweerd (Kaiserswerth) in de Rijn-provincie, waaraan enkele
Staatsche troepen en artillerie onder bevel van luitenant-generaal H. van
Delwich, benevens twee Hollandsche uitleggers, deelnamen. Op aan
raden van Kolonel Menno van Coeiioorn vuurde het geschut niet op
de stad, doch op de vestingwerken, met gevolg dat op 26 Juni de Fran-
sclie bevelhebber De Marcognet de veste na een tweedaagscli beleg
overgaf. Keizersweerd kreeg een Keulsche bezetting onder den voor-
maligen Staatschen kolonel Frederik Hendrik van Bacum tot Hamm.
De twee uitleggers stevenden den Rijn hooger op (3).
Inmiddels was op 22 Juni begonnen met de berenning van Bonn,
weldra gevolgd door een stelselmatig, doch weinig vorderend beleg.
Hertog Karel IV van Lotharingen, die het beleg voor Mainz had geslagen,
verzocht aan keurvorst Frederik III om hem het meerendeel zijner
troepen te zenden en Bonn voorloopig „nauw geblocqueert" te houden;
zoodra Mainz in zijn bezit zou zijn, zou de hertog zijn geheele macht
voor Bonn brengen. De keurvorst was bereid om met 10- of 12000 man
infanterie naar Mainz te marcheeren en zijn ruiterij, liefst in samenwerking
met de keizerlijke, voor de blokkade van Bonn te bestemmen, wanneer
(1) Res. S.G. 21, 22. 31 Maart, 1, 16, 30 Juli, 1 Augustus 1689.
(2) Seer. Res. S.G. 15 Februari, 15 April, 31 Mei, 6 Juni. 24 September, Res. S.G. 12 Maart,
23, 26 Juli, 24 September 18 October 1689. Zie Aanteekening N° 11, Lodevyijk Willem was
Markgraaf van Baden, hij werd meestal prins Louis genoemd.
(3) Seer. Res. S.G. 6 Juni, Res. S.G. 28, 30 Juni, 1, 30 Juli, Res. R. v. St. 30 Juni, 1 Juli
1689. Zie Aanteekening N° 12.
VII 2