388 traktement, 15 dat van luitenant-kolonel of majoor, derhalve 2 hoofd officieren per bataljon. Nochtans hield men het kolonelstraktement van prins Frederik Lodewijk van Holstein-Beck, die aan den tocht naar Engeland deelnam, onrechtmatig in. Na langdurige onderhandelingen werd het 3e kolonelstraktement toegekend aan markgraaf Philip Wil helm van Brandenburg-Schwedt, generaal-veldmaarschalk Georg von Derfflinger en prins Anton Gunthern van Anhalt-Zerbst (1). Tot de staven behoorden verder (2) 1 kwartiermeester .Cavalerie 73 1 auditeur„45 1 predikant„45 1 adjudant„65 1 herpauker of tamboer-majoor 26 1 chirurgijn„28 1 provoost„26 1 stokkenknecht„13 £327 Voor 2 staven 654 Compagnie te paard. infanterie 53 48 45 48 20 25 20 15 274 voor 9 st. 2466. Bij de afdanking in 1697 hadden de troepen, die tot ultimo December moesten betaald worden, nog belangrijke sommen te vorderen, als van Spanje 472.000 rijksdaalders voor het bezetten der Maas-linie sinds 1690, voor de Republiek ruim 260.000Friesland verzuimde de betaling van recruutgelden voor 2 regimenten (bataljons) in 1693 te Namen en Char leroi, onder het onjuiste voorwendsel „dat aan de compagnieën dewelcke „in eene belegeringe zijn vermindert, hare manschap niet zoude moeten „werden vergoedt, gelyck aan compagnien die hare manschap in het „veldt hebben verlooren". Compagnie te voet. 1 ritmeester met 4 paarden 350 1 kapitein 150 1 luitenant 2 130 1 luitenant 45 1 kornet 9 120 1 vendrig 40 1 wachtmeester. 1 paard 44 3 sergeanten 72 1 kwartiermeester. 1 35 3 tamboers 36 3 korporaals 3 paarden 99 1 „gevreyde Corporael" 17-10 2 trompetters 2 64 1 fourier 17-10 1 monsterschrijver 1 paard 28 1 „capitaine d'armes" 17-1.0 1 veldscheer 1 36 1 veldscheer 17-10 1 smid 1 28 3 korporaals 47- 5 52 ruiters 52 paarden 1456 1 veldpijper 12- 5 65 personen met 70 paarden 2390 1 monsterschrijver 3 jongens 120 soldaten 17-18 24 1470 141 hoofden 1984 (1) Res. S.G. 22 October 1691, 3 Februari, 26 April, 11 Juni, 11 Juli 1692. (2) Res. S.G. 31 Maart 1689.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1950 | | pagina 352