373 Saksen-Meiningen. Petitie van 3 November, capitulatie van 3 December 1693: 1 regiment cavalerie van 6 compagnieën. Elk jaar verandering van repartitie; in 1695: 3 compagnieën op Groningen, 3 op Drente. Kolonels. 1693. Prins Bernhard, zoon van hertog Bernhard van Saksen-Mei ningen; G. 23 October; 1673 0. 25 October 1694. Comm. 12 November 1694. Johan Nicolaas Rittrich, met bepaling dat het regiment de benaming van Saksen-Meiningen zal behouden. Kolonel-commandant 1693-1694. Ernst Hund von Wendheim. Majoor. Comm. 8 October 1693, sinds 1 Januari. Levin Frederik van We- Holstein-Ploen. Petitie van 3 November 1693. Regiment dragonders van 8 compag nieën. Repartitie van Holland. Kolonel. Comm. 7 April 1694, sinds 1 Maart. Veldmaarschalk, hertog Hans Adolf van Holstein-Ploen. Luitenant-kolonel. Comm. 28 April 1694, sinds 16 Januari. Daniel von Buchwald. Majoor. Comm. 7 April 1694, sinds 16 Januari. Ludolf Hasse (2). Petitie van 3 November, capitulatie van 31 October 1693: 2 regimenten infanterie, elk van 12 compagnieën. Bij Res. S. G. 8 Januari 1694 beperkt tot een regiment; gerepartieerd op Friesland, hetwelk niet tot stand kwam. Kolonel. Graaf Christoffel van Schlippenbach, kolonel van een regiment dra gonders in Staatschen dienst. Luitenant-kolonel. Ulrich Behr, heer van Edwahlen (3). BEL (1). SCHLIPPENBACH. (1) Bij de compagnieën op Groningen in den extra Staat van oorlog voor 1695 geboekt als Levin Frederik van Urbal. (2) Onder Traktementen in den extra Staat van oorlog geboekt als Ludolf van Hessen. (3) Res. R. v. St. 20 Juni 1695.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1950 | | pagina 387