439
AANTEEKENING N° 24 (bladzijde 102).
Tijdens het bombardement van Brussel was aldaar gouverneur Phi
lippe Francois de Glimes, prins van Berghes, graaf van Grimberghe;
hij was te voren gouverneur van Bergen en overleed 12 September 1704.
Keurvorst Maximiliaan Emanuel van Beieren, landvoogd der Spaan-
sche Nederlanden, was in 1685 gehuwd met Maria van Oostenrijk,
dochter van keizer Leopold I, zij overleed in 1692. De keurvorst sloot
in 1694 een tweede huwelijk met Theresia Cunigunda, dochter van
koning Johan III Sobieski van Polen, die „door schrick wegens d'on-
„verwaghtte en seer grouwelycke Bombardieringh der stad Brussel, den
„11. Augusti 1695 ontydigh van een doode Prins werd verlost".
AANTEEKENING N° 25 (bladzijde 103).
De Franschen zonden hunne krijgsgevangenen rusteloos van de eene
plaats naar de andere, lieten hen overal „miserie" lyden totdat zij zich
uit wanhoop bij een der afdeelingen in Savoye of Catalonië lieten in
lijven. Onderhandelingen over uitlevering bleven zonder uitwerking.
Willem Expaludé, namens de Bepubliek daarmede belast, zag slechts
heil in weerwraak, hetgeen Athlone sterk moest ontraden, omdat de
in 1695 door de geallieerden gemaakte krijgsgevangenen meerendeels
waren uitgeleverd, terwijl zich nog een groot aantal Engelschen in Fran-
sche handen bevonden. Frankrijk weigerde de uitlevering van geboren
Franschen, meestal om gewetensvrijheid uitgeweken, onder bedreiging
hen op overeenkomstige wijze te zullen behandelen als de Engelschen
toepasten op ter zee gevangen Ieren (voetspoeling) (Res. B. v. St. 7 De
cember 1694, 12 Januari 1695, 26 Maart, 4, 17 April 1696).
Tijdens den terugtocht van den prins van Yaudemont waren vele
gekwetsten op „het champ de bataille" achtergelaten. De Franschen brach
ten 2500 voor verpleegkosten in rekening, een schuld, welke door de
regimenten, waartoe de verpleegden behoorden, moest worden gekweten,
en uit de legerlasten werd voorgeschoten, 't Ontbrak de meeste regimenten
aan „de vereischte promptitude" mede ten opzichte der vergoedingen
aan partijgangers voor „de gevangens, die zij van den vyand komen te
„nemen". De Baad van State belastte de kolonels Bartiiold van Berns-
torff en Claus C'hristoffel van Bernikouw met een onderzoek en onthield
de regimenten, zoolang de schulden niet betaald waren, de vergoeding
voor wagendiensten (Bes. B. v. St. 17 April, 4 Mei, 4 Juli 1696).
AANTEEKENING N° 26 (bladzijde 119).
Willem III bracht uit Engeland mede een pas opgerichte compagnie
van 100 koninklijke vrijwilligers; hun vaandel was versierd met gouden
harten en de spreuk „Fidelity, affection, honour", welke spreuk tevens