artillerie op zich, terwijl de C.C. met de Comp. van IV-15 R.I. de oostrand voor zijn rekening man. In de N.O.hoek van de Kralinger Hout kwam de sectie (van 3 stukken) pag. van IV-15 R.I. in stelling na het volvoeren van opdrachten in de binnenstad (zie onder a), terwijl de mariniers bij de 's-Gravenweg in de late namiddag werden versterkt met een sectie van IV-15 R.I. In hoeverre deze infanterie en de reeds aanwezige mariniers onder eenhoofdig bevel zijn geplaatst, valt uit de gevechtsberichten niet af te leiden. Optreden van Duitsers had op dit front niet plaats. d. DE BINNENSTAD OP 11 MEI 1940 De 11e Mei kenmerkte zich in de binnenstad door het toenemen der geruchten omtrent landingen van parachutisten, het optreden van en schieten door burgers en het doordringen van de vijand in de binnenstad, welke berichten aanleiding waren tot verschillende maatregelen. In de morgen van 11 Mei te 3.00 kwam IV-15 R.I. te Rotterdam aan. Op blz. 99 is reeds medegedeeld, dat dit bataljon zich 10 Mei te Gouda bevond, toen C.-ll R.I. aldaar aankwam, dat de Aut.Comp. was vertrokken en dat de B.C. van C.-ll R.I. opdracht ontving, naar Rotterdam te marcheren. IV-15 R.I. was van soortgelijke samenstelling als IV-10 R.I. Het was eveneens gevormd op 8 April 1940 uit onderdelen, die voordien met grensbewaking in het gebied van de T.B.O. waren belast en wel uit 18 G.B. (lichting 1939) en uit per soneel van oudere lichtingen, dat deel had uitgemaakt van voormalige grens- en dekkingsdetachementen. Het bataljon bestond uit drie tirailleurcompagnieën en 1 y2 sectie pag. (drie stukken) tot een totale sterkte van 567 hoofden en stond onder bevel van een res. majoor. Het bataljon was 9 Mei te Woudenberg gelegerd, ingedeeld bij de II Div. In de nacht van 9/10 Mei had het bewakingstaken vervuld bij de cp. van C.-II Div., bij het station Maarsbergen en te Maarn. Te ongeveer 12.00 ontving de B.C. op dracht voor afmars naar Gouda, waarna te 13.45 werd vertrokken met achter lating van bevelen voor het nakomende van twee sectiën, die met een opdracht waren uitgezonden. Na onderweg enige malen door vliegtuigen te zijn aangevallen, waartegen dekking moest worden gezocht en waardoor een voertuig werd be schadigd, kwam het bataljon te ongeveer 17.00 te Gouda aan, waarna de B.C. van C.-Oostfront Vg.H. bevel ontving bij de brug over de Gouwe te wachten op be velen. Aldaar arriveerden de achtergebleven sectiën, met uitzondering van een, die later is gekomen en te Rotterdam rechtstreeks bevelen van de kantonnements- commandant heeft ontvangen en niet in het bataljon is teruggekeerd. 114

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1952 | | pagina 130