dat na het ontvangen van het woord „Irene" de vernieling van distilleerinrichting
en installaties moest plaats hebben en opdracht werd verstrekt, reeds aanstonds
tot het mengen van olie en benzine over te gaan.
Te ongeveer 17.00 stelde de wd. C.-13e C.Lu.Mitr., die zich de vorige dag naar
Vlaardingen had begeven, zich met het 52e en 55e Peloton onder bevel van de
C.-3e Bt.Lu.A., welke in N.W.rand van Vlaardingen stond.
Te ongeveer 22.00 is het 53e Peloton, Z.W. van het B.P.M.terrein bij de Oude
Maas in stelling, dat in de morgen een vliegtuig neergeschoten had, eveneens over
de Maas gegaan, waar het bij de andere pelotons aansloot. Het peloton stond een
mitrailleur af aan 1-II1-39 R.I.
Zuid van de Maas stond toen nog slechts in stelling het 54e Peloton op de
V ondelingenplaat.
De Burgerwacht uit Pernis bracht de wagens van de 2e S.-IIIe Zl.A.tl., welke
de vorige avond waren achtergelaten (zie blz. 37) bij C.-1-III-39 R.I., teneinde
te voorkomen dat deze in handen van de vijand vielen. De kapitein deed de wagens
dwars over de wegen opstellen, teneinde het dalen van vliegtuigen op de wegen
te beletten.
DE GENEESKUNDIGE DIENST OP 11 MEI E.V.D.
De geneeskundige dienst ten behoeve van de te Rotterdam gestationneerde
onderdelen van Land- en Zeemacht kon na het uitbreken van de oorlog worden
verzorgd, zoals tot dusver. De aanwezigheid van de Rotterdamse ziekenhuizen
verzekerde een snelle deskundige verzorging van de gewonden.
De onderdelen hebben, voor zoveel zij in gevecht waren, zelf hulpposten inge
richt. Zo hebben de genietroepen een hulppost ingericht aan het Haringvliet en
de luchtstrijdkrachten aan de Leuvehaven, welke 11 Mei werd verplaatst naar
de van Brakelstraat.
De luchtstrijdkrachten ontvingen versterking van 20 adsp.res.off.v.gezondheid
van de 5e Roode Kruiscomp. (zie hierna), de genietroepen 12 adsp.res.off.v.gez.
van die Comp.
De geneeskundige dienst voor de troepen, welke naar Rotterdam werden ge
zonden, geschiedde door de bij die troepen ingedeelde officieren van gezondheid.
In de Staf van C.-ll R.I. bevond zich de regimentsarts van 11 R.I., aan wie
werd opgedragen, de geneeskundige verzorging van alle te Rotterdam nieuw aan
gekomen troepen te regelen.
Gedurende de mobilisatie had deze een gewondenauto van de He Verband-
plaatsafdeling, voorzien van het toestel Molema, welke niet voldeed aan de eisen,
doen verbeteren en de wagen doen voorzien van ramen met onsplinterbaar glas,
met metaaldraad doorvlochten.
122