h. SAMENVATTING VAN DE GEBEURTENISSEN OP 12 MEI 1940 Vatten wij het verloop van zaken op 12 Mei samen, dan blijkt, dat aan 's vijands zijde, uitgezonderd in de lucht, geen grote activiteit plaats had, doch dat hij zich ook deze dag handhaafde in het kleine bruggenhoofd bij de koppen van de Maas bruggen. Aan Nederlandse zijde werden de fronten geconsolideerd en troepen afgelost. Voor het nemen van initiatief waren geen troepen beschikbaar gebleken. Echter kon worden verwacht, dat spoedig de parachutisten, die nog te Overschie aanwezig waren, door het I L.K. zouden worden overmeesterd. Voorts werd door de mededelingen van C.-Vg.H. de hoop gekoesterd, dat het de Lt.Div. zou gelukken, zich van Dordrecht meester te maken en van daaruit tegen de vijand bij Rotterdam op te rukken. Men begon de waarde van de geruchten te onderscheiden, terwijl tevens duide lijk werd, dat zo al een „5e colonne" aanwezig mocht zijn, deze niet openlijk en agressief optrad. Ook werd ingezien, dat zeer veel van het schieten door burgers uit huizen naar het rijk der fantasie moest worden verwezen, of was terug te brengen tot ongemotiveerd geschiet van zenuwachtige soldaten. Door het concentreren van niet in actie zijnde troepen verminderde het schieten op straat aanmerkelijk. Hoewel door de aflossing van de eenheden aan het Maasfront de dooreenmen- ging van verbanden was verminderd en troepen waren vrijgemaakt, stonden nog tal van kleine afdelingen van de infanteriebataljons verspreid in de stad opgesteld voor bewakingsdoeleinden. Een bevredigende regeling van de bevelvoering was ook op deze dag niet tot stand gekomen. De verdeling en opstelling der troepen was aan het eind van 12 Mei als volgt (zie schets/kaart Nr. 10): Maasfront le. Bij de toegangen tot de Merwehaven: dezelfde onderdelen van 111-21 R.I., mariniers en Zl.An., als op 11 Mei (zie blz. 125). e. In het complex havens, O. daarvan: twee pelotons van V.L.S.K.Lad., waarvan twee stukken de Maas bestreken; bovendien enig marinepersoneel. 3e. Van Lekhaven tot Leuvehaven: 11-25 R.I., met op het Lloyd terrein een deta chement van het Vaartuigendepot, dat niet was ingedeeld bij 11-25 R.I. en zich tot het Lloydterrein beperkte; bovendien 56e Pel.Lu.Mitr. 4e. Van Leuvehaven tot en met Maasstation: 11-32 R.I. (min 2), met op het Beurs station bovendien: 2-III-Dep.G.Tr. 149

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1952 | | pagina 165