Steun van de artillerie is gevraagd en gehoopt werd, dat een hinderlijk mitrail leurnest op het Noordereiland door de artillerie zou worden geneutraliseerd, welke hoop niet werd vervuld. Deze aanval had dus evenmin succes. Van 1-10 R.A. had zich een artillerie-officier-inlichter op het Beursstation ge meld, aan wie doelen op het Noordereiland waren aangegeven. De afdeling heeft met de le en 3e Bt., van 7.00 af, daarop een aantal vuurstoten afgegeven. Of is overwogen, deze Afd. ook het gebouw van de Nationale Verzekeringsbank te doen bevuren, is niet bekend. Men kan zich, bij de beschouwing van deze gang van zaken niet onttrekken aan de indruk, dat de aanval onvoldoende voorbereid is ingezet. Een in huizen goed verschanste tegenstander kan men daaruit slechts verdrijven, door hem met zware middelen aan te tasten en systematisch huis voor huis aan te vallen, c.q. huis voor huis in puin te schieten. Goede voorbereiding en onderlinge samenwerking is daarvoor nodig. C.-l 1 R.I., die het bevel over alle infanterie had, wist echter van de aanval, die op verzoek van de Kant.C. door de C.M.M. werd bevolen, slechts vaag iets af en heeft (ver moedelijk op last van de Kant.C.) de 11 C.Mr. ter beschikking gesteld, toen de aanval reeds aan de gang was. De actie had, uitgaande van de bereikte positie, die slechts nauwkeurig aan de bevelvoerende officieren ter plaatse bekend was, eerst moeten plaats hebben, nadat alle middelen daartoe aanwezig waren. Men had moeten trachten, artillerie zodanig te plaatsen (c.q. naar voren te halen), dat de bezette huizen in elkaar konden worden geschoten. Daar men bovendien bij het bereiken van de rivieroever onder vuur kwam van de tegenpartij op het Noordereiland, diende deze te worden geneu traliseerd. Aan al deze factoren werd niet voldaan. Zelfs werd, op het advies van de C. der Comp.mortieren, afgezien van het gebruik van die Comp. Desniettegenstaande heeft het weinig gescheeld, of de aanval had toch nog geleid tot het bezetten van het gebouw van de Nat. Verzekeringsbank. Uit na de capitulatie verkregen gegevens is gebleken, dat de Duitse bezetting van dat gebouw, ongeveer een sectie sterk, die zich in een weinig benijdenswaardige positie bevond, op het punt stond, zich over te geven, toen het teruggaan der marinetroepen haar daarvan afbracht. Men had de witte vlag reeds gereed. Bij C.-11-32 R.I. op het Beursstation kwam te ongeveer 16.00 de kapelaan van het Noordereiland en de hem vergezellende burger (zie blz. 155), die via het gebouw van de Nationale Verzekeringsbank, langs een Duitse post bij het Bolwerk, het Witte Huis en Gelderschekade het Beursstation bereikten, van het Bolwerk af 159

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1952 | | pagina 175