Maasfront
le. Van Merwehaven tot Leuvehaven ongewijzigd (zie blz. 149).
2e. Van Leuvehaven tot en met Maasstation: een Tir.Comp. en de M.C. van
11-32 R.I., twee Compn. van IV-10 R.I.;
op het Beursstation: 2-III-Dep.G.Tr.
3e. Oude Plantage en het terrein van de Drinkwaterleiding: ongewijzigd (zie
blz. 150).
Oostfront
Tussen de Maas en de Kralinger Hout was de algemene toestand ongewijzigd.
In de Kralinger Hout was de bewaking verminderd tot twee sectiën van IV-15 R.I.
Noord- en westfront
Aan de Rotterdamsche Schie bevond zich tegenover Overschie een detachement,
bestaande uit 3-1-11 R.I.een sectie Mr. van 11 R.I., een sectie zw.mitr. van 111-39
R.I. en een sectie van het Dep. luchtstrijdkrachten.
Aan het Schiekanaal was het detachement van 3-III-21 R.I. versterkt met een
sectie van IV-15 R.I. (de sectie pag. van 20 R.I. was weder vertrokken,) terwijl bij
de Spoorbrug over de Delfshavensche Schie een sectie van 3-III-21 R.I. stond.
Op het uiterste W.deel van het Westfront was de toestand slechts in zoverre
gewijzigd, dat de onderdelen, die in de richting van Overschie waren aangevallen,
zich aan de Schiedamsche Schie in een vooruitgeschoven positie hadden vastgezet.
Binnenstad
In de voor bewaking van gebouwen aangewezen onderdelen was in zoverre
wijziging gebracht, dat IV-10 R.I. nog enkele delen voor bewaking had moeten
afstaan.
In reserve bevonden zich:
IV-10 R.I., bestaande uit Staf, le Comp. a ongeveer 20 man en 1-II-32R.I.;
IV-15 R.I., naar schatting een tirailleurcomp. en een sectie pag. (3 St.); II-R.J.;
drie Compn. van Depot genietroepen, die in gevecht waren geweest en dus min
of meer bruikbaar, t.w. 2-II-Dep.G.Tr. en 1, 3-III-Dep.G.Tr.
171