d. DE TERREINEN VAN DE HOLLAND-AMERIKA LIJN De terreinen van de Holland-Amerika lijn hebben ongeveer de linker vleugel gevormd van de Duitse bezetting op de linker Maasoever, als voortzetting van die van het Noordereiland. In de morgen van 10 Mei was de brug in de Stieltjesstraat over de Spoorweghaven door de Duitsers afgesloten; nadien (op 11 Mei) was een mitrailleurpost geplaatst op het S.S. Statendam. Voor de Wilhelminakade bevonden zich de S.S. Statendam, Veendam en Bosch- dijk, terwijl in de Rijnhaven aanwezig waren o.m. de schepen Drechtdijk en Dintel- dijk. De heer Bouman van de H.A.L., die in de vroege morgen van 10 Mei de ter reinen van de H.A.L. nog heeft bereikt, heeft de Veendam en Boschdijk stoomklaar laten maken, met het doel, deze te doen vertrekken, doch de Havenmeester be richtte telefonisch, dat, door de aanwezigheid van magnetische mijnen in de Waterweg, vertrek niet meer mogelijk was. Het vuur van de rechter Maasoever werd spoedig gevaarlijk voor personeel en materieel. Er ontstonden branden in het pakhuis voor de civiele dienst en later op het terrein oost, die konden worden geblust. De heer Bouman kon telefonisch de situatie, ook wat betreft de afsluiting bij de Spoorweghaven, aan de rechter Maasoever berichten en maatregelen nemen, dat de sleepboot Amerika met een groot deel van het personeel (voorzien van zwemvesten), zonder beschoten te worden, kon overvaren en het personeel in veiligheid brengen (ongeveer 9.30). Een deel van het personeel bleef achter, om de terreinen te bewaken en branden te blussen. De wachtdoende bemanning van het S.S. Boschdijk werd verdeeld over de Statendam en de Veendam, terwijl ook verder op het terrein wachtslieden werden geplaatst bij belangrijke punten en alle deuren van loodsen en gebouwen werden opengemaakt. De schippers van binnenschepen met hun gezinnen, ten getale van 80 personen, werden aanvankelijk in het hotel van de H.A.L. ondergebracht en later naar de schuilkelder overgebracht, die bewoonbaar werd gemaakt met stoelen en tafels. Levensmiddelen werden van de Veendam gehaald en in de keukens van het hotel toebereid, terwijl na 20.00 de lichtvoorziening met behulp van accu's plaats had. Nadat 10 Mei in de namiddag reeds enige Duitsers op de terreinen waren geweest, inspecteerden zij in de nacht de Statendam. Een op wacht komende wachtsman, die over een hek klom en niet op de aanroep van een Duitser reageerde, werd in de borst geschoten en in de morgen per R.K. auto weggevoerd. Te 11 Mei, 6.00 plaatsten de Duitsers een mitrailleurpost op het promenadedek van de Statendam, dat daarop door de wachtslieden werd verlaten, evenals de Veendam. 226

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1952 | | pagina 242