De toestand was bovendien niet zo overzichtelijk, als uit deze beschrijving achteraf zou kunnen schijnen. Een les, die niet alleen uit de strijd te Rotterdam, doch ook uit die op andere gevechtsterreinen in ons land valt te trekken is, dat iedere commandant, in welke functie ook, onder alle omstandigheden een goede regeling van de bevelsver houdingen en van de verantwoordelijkheden, van de aanvang af, moet nastreven, omdat dit een van de voornaamste voorwaarden is voor het doen functioneren van de militaire machine. Wordt hierin niet doeltreffend gehandeld, dan zijn wanorde en daling van het moreel de gevolgen. Het feit, dat men er van Nederlandse zijde niet in slaagde, het bruggenhoofdje op de noordoever v/d Maas uit te schakelen en niet offensief optrad tegen de bezetting van het Noordereiland, stelde de Duitse bevelhebber van de 7e Vlieger divisie in staat, zijn krachten te concentreren op het meest bedreigde punt van de as Moerdijk-Rotterdam, zijnde Dordrecht, waar de Nederlandse Lt.Div. was op gedaagd op een veel vroeger tijdstip, dan waarop de Duitsers dachten, dat Neder landse troepen van enige betekenis tegen hen zouden kunnen optreden. Het op het Noordereiland aanwezige Duitse bataljon heeft zich aldaar zonder ondersteuning moeten handhaven tot 13 Mei, omdat de aankomst der Lt.Div. bij Dordrecht dwong, de overige te Waalhaven landende onderdelen daarheen te diri geren. Het hoofddoel der Duitsers, het vermeesteren van de drie brugcomplexen bij Moerdijk, Dordrecht en Rotterdam en het bezet houden daarvan, totdat de 9e Pantserdivisie te hulp zou komen, is door hen bereikt. Te Rotterdam was echter, niettegenstaande de verdediging niet was voorbereid, door het initiatief der commandanten belet, dat de Duitsers zich onmiddellijk op 10 Mei van een belangrijk deel van Rotterdam-Noord meester maakten. Die toestand te Rotterdam kon echter slechts worden behouden door het ont trekken van troepen aan het Veldleger, waardoor aldaar de weerstandskracht werd verzwakt. Een en ander doet de te geringe sterkte van ons oorlogsleger in 1940 eens te meer uitkomen, waarvan het gevolg was, dat onvoldoende reserves beschikbaar waren, zodat een onverwachte gebeurtenis op het ene front onmiddelllijk noodzaak te tot het verzwakken van een ander front. De verdediging van Rotterdam werd belangrijk beïnvloed, doordat aan Duitse zijde luchtoverwicht bestond, terwijl de Nederlandse luchtstrijdkrachten, voor een deel reeds op 10 Mei uitgeschakeld, de volgende dagen niet in staat waren, zich te meten met de Duitse luchtmacht en de troepen op de grond afdoende te ondersteunen. 231

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1952 | | pagina 247