Het Duitse aanvalsplan tegen Nederland had de bedoeling, de weerstand der
Nederlandse troepen ten spoedigste te breken, ten einde de hier ingezette troepen
beschikbaar te krijgen voor het hoofdoperatietoneel in België en Frankrijk.
Hoe was de toestand bij de vijand op 14 Mei.
In het N. van ons land stonden de Duitsers tegenover de Afsluitdijk. De Grebbe
stelling was gevallen en de Duitsers stonden tegenover het Oostfront van de
Vesting Holland.
De vermeestering van 's-Gravenhage, het centrum van Regering en Opperbevel,
was mislukt en het restant der aanvallers was samen gedrongen in drie punten nl.
Valkenburg, Wassenaarse Slag en Overschie.
De as Moerdijk-Rotterdam was vermeesterd, doch te Rotterdam werd meer
tegenstand geboden, dan was verwacht en van Duitse zijde moest rekening worden
gehouden met de mogelijkheid van inzet aldaar van het I L.K., waarvan delen
aanvielen op Overschie. Van drie zijden werd de Vg.H. ernstig bedreigd.
Vermeestering van Rotterdam opende langs de kortste weg de poort naar het
zenuwcentrum van ons land en de drang naar snelle beëindiging van de veldtocht
in Nederland leidde tot het beramen van een aanvalsplan tegen Rotterdam, waarin
zowel een artilleriebeschieting als een luchtbombardement waren opgenomen.
Doch vóórdat de aanval werd ingezet, werd de Garn.C. gesommeerd tot overgave,
onder bedreiging met vernietiging van de stad. Men zou hebben kunnen ver
wachten, dat hangende de onderhandelingen de uitvoering van het lucht
bombardement op het dichtbevolkte centrum der stad afhankelijk werd gesteld
van een duidelijk, niet mis te verstaan bevel of sein van de bevelhebber der troepen
op de grond aan de aanvallende vliegtuigverbanden en zulks te meer, daar blijkbaar
geen goede radioverbinding bestond tussen die bevelhebber en de C. dier vlieg
tuigverbanden.
Het was echter andersom.
Na het, ruim een uur te voren gegeven bevel, waren de reeds gestarte vliegers
niet anders meer te bereiken, dan door lichtseinen en het lot van Rotterdam was
afhankelijk van het al of niet opmerken van rode seinpatronen door de vliegers.
Men vraagt zich voorts af, of het practisch was, in het aanvalsplan een lucht
bombardement op te nemen, terwijl Rotterdam, na bezetting van ons land, in
gave toestand toch grotere voordelen zou bieden, dan de tijdwinst, verkregen
door bombardement. Waarom in de namiddag van 13 Mei of de vroege morgen
van 14 Mei geen overtocht over de Maas bij IJsselmonde heeft plaats gehad, is
niet bekend.
Deze overtocht zou geen weerstand van betekenis hebben ontmoet, zou de val
van Rotterdam spoedig ten gevolge hebben gehad en de overgave van Rotterdam
moest de capitulatie van ons leger tengevolge hebben, mede tengevolge van de
toestand elders in ons land.
232