Van de Belgische literatuur is geraadpleegd de door de Historische Dienst van het Leger van het Koninkrijk België samengestelde verzameling kaarten met toelichtingen, getiteld: De Veldtocht van Mei 1940. Van de Duitse literatuur is geraadpleegd het in 1949 verschenen boek van Karl Heinz Abshagen, getiteld: Canaris, Patriot und Weltbürger, waarin de ge boorte van het Bataillon zur besonderen Verwendung Nr. 100 is vermeld. In aansluiting hieraan werden tal van processen-verbaal van verhoren van aan de overvallen deelgenomen hebbende Nederlanders geraadpleegd en het artikel in het laatste orgaan van het Rijksinstituut voor Oorlogsdocumentatie, getiteld: „De onverkwikkelijke geschiedenis aan de grens", vormende de voornaamste passages uit het requisitoir, uitgesproken door de procureur-fiscaal van het Bij zonder Gerechtshof te Amsterdam. Er kon verder gebruik worden gemaakt van de rapporten van door de voor malige Directeur der Krijgsgeschiedkundige Afdeling, de toenm. generaal majoor D. A. van Hilten, gehouden ondervragingen van Duitse generaals en andere officieren. In het begin van 1952 werd van de Secretary of War te Washington een aantal microfilms van Duitse dagboeken van leger-, legerkorps- en divisiecommandanten ontvangen, die in de tekst zijn verwerkt. Hoewel het aldus mogelijk was, een duidelijk beeld te geven van de strijd, door elk der drie partijen gevoerd, deed zich ook hier het bezwaar gelden, dat de vóór en gedurende de oorlog aan Nederlandse zijde opgemaakte stukken, bevelen, op drachten, regelingen enz. op 14 Mei op hoog bevel zijn vernietigd, waarbij slechts min of meer toevallig enkele stukken zijn bewaard gebleven. Alle gevechtsrapporten, verslagen enz. zijn daarna, somtijds geruime tijd na de capitulatie in 1940 uit het geheugen opgemaakt, met het gevolg, dat zij voor het merendeel onvolledig of onderling tegenstrijdig zijn, terwijl omtrent de juiste tijdstippen veelal twijfel bestaat. Ook de motivering van de bevelvoering van verschillende commandanten was in vele gevallen niet met volkomen juistheid te reconstrueren. Is dus het totaalbeeld wel juist, zo zullen toch in de details onvermijdelijk on juistheden voorkomen. Teneinde de plaats, welke dit onderdeel in de beschrijving van de strijd op Nederlands grondgebied inneemt, aan te geven, volgt hieronder de indeling. HOOFDDEEL I. De voorgeschiedenis van 19221939. HOOFDDEEL II. De mobilisaties van grens- en kusttroepen in 1938 en 1939 en de algemene mobilisatie in 1939/1940. VI

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1953 | | pagina 10