Lichte Divisie op mars was, om stelling te nemen tussen Tilburg en Turnhout (zie hierna) en wij zullen zien, dat aan C.-Peel Div. later op de dag verzocht zou worden, om zijn teruggevloeide troepen tussen Tilburg en 's-Hertogenbosch stelling te doen nemen, dus juist aan de andere zijde van Tilburg. Het verslag van commandant Hautecler, die aantekeningen tijdens het onder houd maakte, benadert het meeste de werkelijke toestand, doch ook hieruit blijk, dat de inlichtingen van C.-Peel Div. niet zijn begrepen. Er bestaat in dat verslag verwarring tussen de Peel-Raamstelling en de Zuid-Willemsvaart (Bois-le-Duc Helmond). Op deze laatste was de Peel-Div. juist teruggetrokken, terwijl met „de ligne préparée", die een „violent feu d'artillerie" had ondergaan, de Peel- Raamstelling was bedoeld. Te Tilburg teruggekeerd zijnde, vernam C.-Peel Div., dat gemotoriseerde Franse troepen via Poppel op Goirle aanrukten en dat de kolonel-commandant, zich naar zijn cp. wilde begeven. Deze kolonel werd door de zorg van C.-1-G.B.J. naar Tilburg geleid en onderweg opgevangen door de te zijner ontvangst tegemoet gezonden kapitein-intendant van de Staf der Peel Div. Hij kwam te ongeveer 5.00 a 6.00 te Tilburg op de cp. aan. Deze kolonel, genaamd Dario, was commandant van het 6e Regiment Cuiras siers, dat 10 Mei ongeveer 10.00 (9.20 Ned.tijd) de Frans-Belgische grens had overschreden. Uit zijn mededelingen begreep C.-Peel Div., dat de gemechaniseerde divisie een stelling zou innemen bij en Z. van Tilburg en dat daarachter een Frans Leger zou oprukken, teneinde stelling te nemen ten W. van Tilburg. C.-Peel Div. gaf inlichtingen over de Duitse opmars over de Maas en deelde mede, dat de Moerdijk- bruggen in handen van Duitse parachutisten waren. Hij drong er op aan, dat zo spoedig mogelijk de Nederlandse troepen bij 's-Hertogenbosch zouden worden versterkt, dat troepen zouden worden gezonden naar Weert, in verband met de open ruimte tussen de Belgische en Nederlandse verdediging, en dat bij Moerdijk hulp zou worden verleend. De Franse kolonel kon echter, in verband met zijn opdracht, met zijn hoofd macht niet verder naar het O. oprukken dan Tilburg. Verkenningsorganen waren echter reeds onderweg naar 's-Hertogenbosch en richting BestEindhoven. Aan het verzoek, troepen naar Weert te zenden, kon niet worden voldaan, doch wel zond de kolonel een afdeling uit naar Moerdijk, teneinde te verkennen. Ongeveer ten tijde van dit onderhoud kwamen verschillende losse afdelingen, die bij de terugtocht uit de Peel-Raamstelling hun bestemming niet goed wisten, verdwaald waren, of op eigen gezag uit de strijd bij Mill waren teruggetrokken, en korpstreinen te Tilburg aan. Deze werden door C.Peel Div., voor zoveel zij zich op de cp. kwamen melden, 271

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1953 | | pagina 289