O. op te rukken. Na telefonisch contact met de Chef van de Staf der Peel Div.
zocht de kapitein verder en bij Chaam ontmoette hij de uitgezonden luitenant,
van wiens opdracht hij onkundig was. Hij vond daarna de gezochte kolonel te
Gilze. Aan het verzoek, de opmars der Franse troepen te versnellen en met sterke
krachten steun te verlenen in de richting Budel, kon ook kolonel Dario, zonder
opdracht van zijn chef, niet voldoen. Na dit telefonisch medegedeeld te hebben,
vernam de kapitein, dat de cp. van C.-Peel Div. naar Princenhage zou worden
verplaatst, weshalve hij zich daarheen begaf en het vooruit gezonden deel van de
Div.staf aantrof. Wederom met de cp. te Tilburg telefonerende, kreeg hij opdracht,
te Princenhage te blijven.
Aldaar werd te 16.30 de order ontvangen, de cp. te Tilburg weder volledig in
te schakelen en naar Tilburg vertrokken zijnde, hoorde hij onderweg van C.-20
R A,, dat C.-Peel Div. was vertrokken naar Princenhage, weshalve hij daarheen
terugkeerde.
Intussen waren te Tilburg losse troepenafdelingen en treinen, meestal zonder
officieren, samengestroomd. Een en ander had C.-Peel Div. genoodzaakt, persoon
lijk in te grijpen en opdracht te geven, naar Gilze-Rijen te gaan, de weg Tilburg
Breda daarbij vrij latende en dus te marcheren over Dongen.
Op de commandopost terugkomende te ongeveer 18.00 vond hij aldaar
wederom een Franse kolonel, wiens functie niet is kunnen worden vastgesteld.
Deze Franse kolonel deelde volgens C.-Peel Div. mede, dat de Nederlandse
troepen bij Roosendaal enige dagen gelegenheid zouden krijgen, zich te herstellen.
Terwijl dit gesprek aan de gang was, belde de kapitein, belast met het inrichten
van het staf kwartier te Princenhage, op en deelde mede, dat het aldaar vanwege
luchtbombardementen (gericht op de Franse troepen) niet meer uit te houden was.
Hij ontving van C.-Peel Div. persoonlijk antwoord, dat, indien het „te warm
werd, hij zich in de omgeving moest verplaatsen. (Zie de hierna gegeven afwijkende
weergave van dit antwoord, zoals door de kapitein medegedeeld).
Eveneens verscheen op dit tijdstip de C. van Vak Bakel, C.-27 R.I.
Deze had te St. Oedenrode de van Vak Erp en Vak Bakel terugvloeiende troepen
gedirigeerd naar Tilburg en was zelf daarheen gereden, om met C.-Peel Div.
contact op te nemen. Hij gaf een schildering van de algemene terugtocht en de
chaotische toestand op de weg St. OedenrodeTilburg, waar de Duitsers lucht
aanvallen op de terugtrekkende colonnes uitvoerden.
Hij meldt omtrent het bezoek het volgende in zijn verslag:
- de Franse kolonel deelde mede, dat zijn troepen ten Z. van Tilburg stelling
zouden nemen1);
- C.-Peel Div. deelde mede, dat de Nederlandse troepen stelling zouden nemen
275
i) Dit zou er op kunnen wijzen, dat het Col. de Caubans was, de C. van het 4e Reg. Dragons Portes.
