De Ie D.L.M.kreeg tot taak, TurnhoutLilloo (aan de Schelde) af te sluiten.
Verbinding met het Ie C.A. moest worden gehouden bij Baarle-Nassau of bij
Wortel.
Aan de hand van vorenstaand overzicht kunnen wij in de volgende beschrijving
nagaan, met welke Franse troepen de Nederlandse troepen en hun commandanten
in contact kwamen.
d. DE TROEPEN VAN VAK SCHAIJK
Uit Hoofdstuk III bleek, dat van de troepen uit Vak Schaijk aan de Zuid-
Willemsvaart waren aangekomen in het voor hen bestemde Vak:
111-14 R.I. van Sluis 2 tot 250 m ten W. van de Dungenschebrug en 11-29 R.I.
van dat punt tot en met de weg naar Grave, welk vak te 12.30 werd uitgebreid
tot de spoorbrug over de Dieze.
Tussen de rechtervleugel van 111-14 R.I. en de linkervleugel van II-2 R.I.
(Vak Erp), dus over een breedte van 6 km, was de Zuid-Willemsvaart niet
bezet, als gevolg van de strijd bij Mill in de vakken van 1-3 R.I. en 1-6 R.I.
en het niet doorkomen van het bevel voor de terugtocht bij de Cn. van die
bataljons.
De beschrijving van de gang van zaken aldaar wees uit, dat van 1-3 R.I. de B.C.,
C.-2e Comp. en een groot deel van het bataljon was gevangen genomen, C.-le
Comp. was terechtgekomen in Vught en met een aantal aldaar aangetroffen
mannen van 1-3 R.I. was doorgetrokken naar Tilburg, voorts dat C.-M.C. met
enig personeel en enige zw.mitr., alsmede een luitenant met zijn sectie door 2
R.H.M. waren vervoerd naar Vught, aldaar op de cp. van C.-Vak Schaijk de
overste zelf niet hadden aangetroffen, van de officieren van de staf geen duidelijke
bevelen hadden gekregen en toen waren doorgetrokken naar Gorinchem en ten
slotte dat C.-3e Comp. met II-2 R.I. van Vak Erp was teruggetrokken en zich
bij de Vak C. aldaar had gemeld. Verder zijn van dit bataljon losse groepen terug
getrokken in de richting Tilburg.
Van 1-6 R.I. was de B.C. en een detachement, onder bevel van C.-3e Comp.,
te Vught aangekomen en was een sterk detachement onderweg naar 's-Hertogen-
bosch, dat echter even ten O. daarvan in een gesticht was gaan legeren en aldaar
werd overvallen.
Er werd reeds op gewezen, dat door de Vak C., door officieren van zijn staf
en door politietroepen de goederen- en gevechtstreinen, de Vbd.A., een aantal
wielrijders, het detachement van 3-1-6 R.I., delen van 1-3 R.I. en 111-20 R.A. in
de richting Tilburg waren gezonden, of in die richting zijn gegaan omdat, tijdens
294
(Zie schets/kaarten Nrs. 10, 11 en 12)
