eveneens naar 's-Hertogenbosch met de gevechtsstaf en losse groepen, die hij hier en daar aantrof. De 2e Comp. kwam eerst na het vertrek van de 3e Comp. bij de Dungensche- brug aan in een uitgerekte colonne langs de noordhelling van de zuidelijke kanaal dijk en toen de voorste groepen de Dungenschebrug naderden, verschenen daar plotseling Duitsers op de noordelijke kanaaloever, die mitrailleurs in stelling plaatsten en tot overgave sommeerden. Hieraan werd voldaan en de Duitsers haalden de gevangenen met vlotten over het kanaal. De strijd ter weerszijden van de weg naar Dungen was intussen ongunstig verlopen. C.-le Comp., die opdracht schijnt te hebben gehad, te trachten, de vijand op de W.vleugel te omvatten, raakte verschillende delen van zijn compagnie kwijt, die zich aan het gevecht onttrokken. Hij kwam met 26 man in de rug van de vijand, doch stootte op vijandelijke pantserwagens op de weg naar St. Michiels gestel, zodat hij zich moest dekken. Later zag hij kans, met een bootje over de Dommel te komen en over Vught, Cromvoirt en de Langstraat naar Keizersveer te ontkomen, na onderweg enige malen contact met vijand te hebben gehad en gewonden te hebben moeten achterlaten. C.-3-G.B.J., die met de onder zijn bevel staande afdelingen langzaam moest terugwijken, kreeg, nadat de 2e Comp. was gevangen genomen, de over het kanaal gekomen vijand in de rug, naar schatting te ongeveer 9.30. De troep gaf zich over, doch de kapitein wist, te zamen met een luitenant, van de verwarring gebruik te maken en te ontkomen naar 's-Hertogenbosch, waar zij werden gescheiden. De luitenant bereikte de Vg.Holland via Keizersveer, terwijl de kapitein zich heeft schuil gehouden tot de capitulatie. Behalve dat C.-3e Comp. met een groot deel van het bataljon was teruggetrok ken, hadden verschillende groepjes zich aan de strijd onttrokken, die in de richting 's-Hertogenbosch, of in W.richting waren verdwenen. De laatsten zijn voor het merendeel in handen van de vijand gevallen; enkelen hebben nog Zeeland of België bereikt. De onderdelen, die over 's-Hertogenbosch en de Langstraat terugtrokken, zijn te Keizersveer aangekomen, enige tijd na 11-29 R.I. Zij vernamen de terugtochts richting uit berichten, die C.-11-29 R.I. voor nakomende afdelingen van zijn bataljon had achtergelaten, hebben gebruik gemaakt van auto's, die voor dit doel waren achtergelaten of tegemoetgezonden en van gevorderde rijwielen. De burgerbevolking van de Langstraat hielp met voeding e.d. Voor een deel zijn deze afdelingen door de C.-van het brugdetachement te Keizersveer aan getrokken en bij zijn detachement ingedeeld, voor een ander deel zijn zij als bewakingsdetachementen aan de Bergsche Maas geplaatst bij Drongelen en Genderen. 299

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1953 | | pagina 317