binnengekomen berichten J), noodzakelijk, terug te trekken op Gorinchem, het geen hij daarop uitvoerde. Bij navraag (in 1950) verklaarde hij, een officier per motorrijwiel en enige motorordonnansen te hebben uitgezonden, om C.-III-14 R.I. en C.-II-29 R.I. bevel voor de terugtocht te geven. Geen dezer beide B.Cn. heeft dat bevel ontvangen. 11-29 R.I. is eerst veel later dan de Vak C. vertrokken, zoals hierna zal worden beschreven, terwijl omstreeks het tijdstip van vertrek van de Vak C. uit Vlijmen de strijd bij 111-14 R.I. begon. Aannemende, dat de Vak C. zich te Vlijmen zodanig bedreigd voelde, dat hij meende, zijn troepen niet meer te kunnen inwachten, doet het vreemd aan, dat hij zijn terugtocht doorzette tot Gorinchem en ook bij Keizersveer, de enige nog open zijnde toegangspoort naar de Vg.Holland, niet heeft gewacht, tot het verband was hersteld. 11-29 R.I. In Hoofdstuk III werd medegedeeld, dat dit bataljon, nadat het vak was uitge breid tot de spoorbrug over de Dieze, in de namiddag van 11 Mei stond opgesteld met van rechts naar links: le Comp. tot en met Sluis 1, 2e Comp. in de huizen rijen ter weerszijden van de kunstweg naar Grave, 3e Comp. tot en met de spoor brug over de Dieze. Bij iedere compagnie was een sectie zw.mitr. ingedeeld. De sectie mortieren stond op de oude wallen van 's-Hertogenbosch opgesteld, vlak bij de aldaar gevestigde commandopost van de B.C. Te 13.30 werd het detachement van 3-1-6 R.I. bij het bataljon ingedeeld, sterk 120 man, voor een deel ongewapend, welk detachement tot taak kreeg, de wegen, uit Z. en W.richting naar 's-Hertogenbosch lopende, af te sluiten. De C. van 1-6 R.I. kwam ongeveer 14.00 ter beschikking van C.-II-29 R.I. Des morgens, te ongeveer 10.30, was de reeds bij C.-Vak Schaijk genoemde Franse luitenant op de cp. geweest, die om inlichtingen vroeg, doch niet voldoen kon aan het verzoek van de B.C., om 's-Hertogenbosch bezet te houden. Omtrent de patrouille ten O. van de Zuid-Willemsvaart is deze B.C. niets bekend. In de late namiddag meldde zich dezelfde Franse luitenant met twee pantser wagens en enige zw.mitr. op motoren, die op verzoek van de B.C. voorlopig in de nabijheid van zijn cp. te 's-Hertogenbosch bleef. Daarna kwam bericht, dat Duitse pantserwagens over St. Michielsgestel naar 's-Hertogenbosch reden, waarop, tijdens aanwezigheid op de cp. van de Vak C., aan de Franse luitenant werd verzocht, naar St. Michielsgestel te verkennen, waarna hij niet meer is teruggekeerd. 301 -1) Hoewtl hij dit niet vermeldt, zullen deze berichten wel betrekking hebben gehad op de colonne van de 9e Pantserdivisie, die in de vroege morgen van 12 Mei over St. Michielsgestel, Haaren, Udenhout en Loon op Zand oprukte.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1953 | | pagina 319