Toen de munitie snel opraakte, werden herhaalde verzoeken aan de B.C. ge richt om aanvulling, waaraan niet werd voldaan. Intussen was te 13.00 het bericht omtrent de te verwachten Franse versterking gekomen, welke verwachting echter niet werd vervuld. Te ongeveer 16.00 a 16.30 kwam een naar de B.C. gezonden ordonnans terug met de mededeling, dat deze niet meer op zijn cp. aanwezig was en dat burgers hem hadden medegedeeld, dat de B.C. reeds geruime tijd geleden was vertrokken. De C.C. ging dit persoonlijk onderzoeken en daarbij bleek hem, dat de cp. inderdaad was verlaten, terwijl alles op een overhaaste terugtocht wees. Hij besloot nu, zijn compagnie te doen terugtrekken naar St.Oedenrode, gedeelte lijk langs de spoorweg, gedeeltelijk over Eerde en gedeeltelijk over de kunstweg naar St.Oedenrode; te 17.00 was dit in uitvoering. Twee gewonden moesten worden achtergelaten, waarvan er een later is overleden. De kapitein bereikte met een deel van zijn compagnie St. Oedenrode, waar bij twee soldaten onderweg sneuvelden, een deel trok terug over Boxtel. De brug over de Dommel was opgeblazen, doch de C.C. wist via een vonder het dorp te bereiken, vanwaar hij de compagnie per auto en rijwiel in min of meer opgeloste vorm deed teruggaan over Best naar Tilburg. Uit het vorenstaande blijkt, dat deze C.C. geen bevel voor teruggaan heeft ontvangen, niettegenstaande de B.C. wel een ordonnans naar hem toe had ge zonden. De kapitein maakt voorts geen melding van de gebeurtenissen in het nevenvak bij 1-II-17 R.I. C.-M.C. had, nadat hij was teruggekeerd van een verkenning, de afwezigheid van de B.C. vastgesteld en het commando op zich genomen. Na een bericht om trent doordringen van de vijand bij 11-17 R.I. gaf hij bevel, de rechtervleugel te doen dekken en tevens zond hij een verzoek om orders naar de Vak C. te St. Oedenrode. Daarna kwamen vluchtelingen langs en besloot hij tot de terugtocht. Hiervoor gaf hij bevelen, die de S.Cn. niet bereikten en liet hij zoveel mogelijk personeel en materieel op drie autobussen verzamelen, die hij onder zijn enige luitenant naar St. Oedenrode zond, doch die hij niet meer heeft teruggezien. Daar op verzamelde hij alle wielrijders en reed daarmede eveneens naar St. Oedenrode, waar hij noch zijn B.C., noch zijn Vak C. vond. Vervolgens reed hij over Boxtel, Tilburg, Rijen, Breda en vandaar over Antwerpen naar Zeeuwsch-Vlaanderen. Reeds eerder is medegedeeld, dat C.-3-I-3 R.I. met zijn commandogroep bij II-2 R.I. was terecht gekomen. Deze is met een aantal andere militairen, met de autobussen van de M.C., waarbij zich de luitenant van die compagnie bevond, over Boxtel naar Oister- wijk gereden, waar hij enige honderden militairen bij elkaar had. Hij nam ver band op met C.-Peel Div. en kreeg opdracht, niet naar Rijen, doch naar Roo- 311 Het tijdstip staat niet vast.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1953 | | pagina 329