Na het bevel van de B.C. voor de terugtocht nam de compagnie deel aan de reeds
geschetste tocht, onder leiding van de B.C.
Omtrent de strijd bij Someren meldt het dagboek van de 56e Duitse Div. het
volgende:
Versterkt I.R.192.
Het Ie Bat. bereikte 13.30 Asten. Het dorp is vrij van vijand. Door het bataljon
worden onmiddellijk weder rijwielen en motorvoertuigen in beslag genomen. Zij
moeten de compagnieën, die met hun lichte auto's voor een versperring tussen
Meijel en Asten zijn blijven liggen, naar Asten brengen.
14.00 (d.i. 12.20 Ned.tijd). De Div. C. komt met Ia, Ha en enkele motor
ordonnansen te Asten. Rechts en links van de opmarsweg brandt de Peelheide.
14.15 (d.i. 12.35 Ned.tijd) wordt I/I.R.192 door het regiment (bedoeld is de
R.C.) voor de overgang van het Zuid-Willemskanaal bij Beemd, 2 km ten Z.W.
van Asten, aangezet. In het handgemeen wordt de W.oever gezuiverd. 40 ge
vangenen, onder wie 3 officieren.
Doorstotend, onder bevel van de R.C., bereikt het bataljon 15.00 (d.i. 13.20
Ned.tijd) Someren. Stoottroepen op auto's, pantserwagens, motorrijwielen en
rijwielen maken een snelle vervolging van de vijand mogelijk, waarmede op deze
wijze de voeling niet verloren gaat.
17.40 (d.i. 16.00 Ned.tijd) wordt na geringe weerstand Heeze door het Ie Bat.
genomen.
18.45 (d.i. 17.05 Ned.tijd) neemt 5/I.R.192 Leende, waar het tot heftige huizen-
strijd komt.
19.00 (d.i. 17.20 Ned.tijd) vallen verspreide en omtrokken vijandelijke troepen
uit de richting Someren de kanaalovergang bij Beemd aan. De toestand wordt door
de 10e Comp. (d.i. dus een Comp. van het Ille Bat.) weder hersteld.
Uit het vorenstaande zou volgen, dat, toen C.-II-30 R.I. zijn tegenstoot op
Someren met enkele sectiën deed uitvoeren, de vijand Someren reeds lang in de
richting Heeze was gepasseerd.
Een ander regiment van de divisie werd uit Asten in de richting Lierop ge
dirigeerd en trad dus op tegen 111-30 R.I.
111-30 R.I.
De terugtocht op de Zuid-Willemsvaart had op vrij ordelijke wijze plaats gehad.
Een deel van het infanteriegeschut en veel munitie had men moeten achterlaten,
evenals het uitgelegde verbindingsmaterieel.
Aangezien de 3e Compagnie was ingedeeld bij 11-30 R.I., beschikte de B.C. over
de le, 2e Comp. en M.C., het detachement 2 G.B., C. en twee stukken van de 30
Bt. 6 veld en twee stukken pag.
341
