commandant van de verkenningsgroep, die over Zeeland naar west-Noord-Brabant oprukte (zie hierna). Het bevel over de 2e B.L.M. werd waargenomen door kolonel Dario (comman dant van 6 R.C.). De Groupement Lestoquoi was opgesteld met 5e G.R.D.I. te Tilburg en 2e G.R.C.A. bij de bruggen over het Wilhelminakanaal van Tilburg tot Oosterhout, met een reserve te Rijen en de cp. te Gilzen. De Groupement de Beauchesne, bestaande uit 12e, 27e, en 2e G.R.D.I., kwam in de avond van 11 Mei en in de morgen van 12 Mei in Noord-Brabant aan en rukte, zoals reeds terloops is medegedeeld, op naar de Mark en de Dintel, terwijl verkenningen werden vooruitgezonden naar het gebied, ten N. daarvan. De opdracht van kolonel de Beauchesne was, met zijn Groupement de Mark en het Wilhelminakanaal van Breda tot Geertruidenberg te bezetten en rechts aan te sluiten aan de 25e gemot. I. Div., die Breda zou bezetten. Indien de genoemde lijn niet kon worden bereikt, moest hij zich zo dicht moge lijk daarbij opstellen, doch aanleuning behouden aan Breda. Bovendien moest deze Groep de weerstand bij Moerdijk breken en verband opnemen met de Nederlandse troepen op het Eiland van Dordrecht. Kolonel de Beauchesne, die zijn cp. vestigde bij Korteven (Z. van Bergen op Zoom), gaf te 7.50 zijn bevelen en verplaatste zijn cp. naar Mattenburg, 1 km ten N. van Korteven. Zijn bevelen hielden in, dat aanvankelijk de Mark en Dintel zouden worden bezet door de 12e G.R.D.I. van de kust tot Standaarbuiten (zie bij stelling Wil lemstad), met het gros te Steenbergen en de 27e G.R.D.I. van Oudenbos naar Etten, terwijl de 2e G.R.D.I. moest verkennen naar Moerdijk en Geertruidenberg. Twee pelotons hiervan werden uitgezonden, een naar Dinteloord, om de Dintel te verkennen, de ander over Oud Gastel naar Stampersgat. Zij moesten, zodra 12e en 27e G.R.D.I. waren aangekomen aan de Mark en Dintel, de verkenning tot aan de kust (Hollandsch Diep) doorzetten. Nadat een en ander was uitgevoerd, werden te 10.00 eveneens verkenningen uitgezonden naar Moerdijk en Geertruidenberg. Het gros en de cp. van de 12e G.R.D.I. werden geplaatst, eerst te Oudenbosch, later te Standaarbuiten. De cp. van C.-27e G.R.D.I. bevond zich te Oudenbosch, die van C.-12e G.R.D.I. te Lepelstraat (Oude-Molen). Aan het eind van de morgen was het resultaat van de verkenningen, dat het terrein N. van de Dintel en ten W. van de lijn StandaarbuitenKlundert vrij van vijand was bevonden en dat de veiligheidsbezetting van de Stelling Willemstad was ontdekt, met als commandant de kapitein Isaacs x). 399 x) Deze was C.-M.C.-I-39 R.I., doch was niet de stellingcommandant.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1953 | | pagina 417