de beide kapiteins met hun gezamenlijke detachementen op 12 Mei over Rijsbergen
en Wuustwezel naar Antwerpen gereden.
C.-3e Comp. is met het grootste deel van zijn compagnie in gevorderde auto's
naar Tilburg gereden en vandaar naar Breda.
Op de weg Tilburg Breda raakte hij in de door het luchtbombardement
ontstane chaos alle auto's kwijt, zodat hij te voet naar Breda trok. Hij had toen
twee officieren, een vaandrig en een deel van zijn compagnie bij elkaar, waarmede hij
overnachtte.
Door een misverstand was de volgende morgen een der luitenants niet bij de af
mars aanwezig, doch de kapitein vertrok op 12 Mei over Ulvenhout, Strijbeek en
Hoogstraten naar Antwerpen met een schriftelijk bewijs van een Frans officier, die
hem had verboden naar Roosendaal te gaan.
Van 1-27 R.I. kwamen dus de vier kapiteins met een deel van het bataljon in
Antwerpen aan, terwijl de B.C. over Roosendaal en Bergen op Zoom in Middel
burg terecht kwam, waar ook een aantal officieren en militairen van lagere rang
van het bataljon zijn aangekomen.
1-41 R.I. (zie blz. 321 e.v.)
Van dit bataljon, dat als reserve was opgesteld geweest achter 1-27 R.I., bij Best
en Oir schot over het Wilhelminakanaal was gegaan en bij deze plaatsen door
Duitsers was verrast, waarbij een deel in handen van de vijand viel, werd te Tilburg
een deel verzameld. Op weg naar Breda is dit echter in verschillende richtingen
verspreid. De B.C. bereikte met een deel van het bataljon Breda, waar hij aan
vankelijk niet door de Fransen werd doorgelaten en waar verwarring heerste.
Hij ontmoette op 12 Mei te 3.00 te Princenhage C.-Peel Div., die hem opdroeg,
te Roosendaal troepen van de Peel Div. te verzamelen en de cp. te Tilburg op
te bellen.
Te Roosendaal bracht hij verschillende onderdelen, waaronder 70 man van
2-1-41 R.I. en een deel van de M.C., onder dak.
Toen C.-Peel Div. telefonisch niet kon worden bereikt en Roosendaal bij voort
during werd gebombardeerd, zond hij de aanwezige troepen door naar Bergen op
Zoom, waar hij zich meldde bij C.-30 R.I.
Hij was daar behulpzaam bij het doorzenden van troepen naar Zeeland en zond
door bemiddeling van de militaire scheepvaartagent twee schepen met militairen
(en de keukentrein van 1-6 R.I.) naar Middelburg.
Op bericht van de burgemeester, dat parachutisten waren geland bij Kijk in de
Pot, deed hij daarheen een patrouille uitvoeren door een sectie, die echter niets
vond en te 18.00 vertrok hij naar Middelburg.
C.-le Comp. is met een deel van zijn compagnie van Tilburg doorgegaan naar
Breda en op 12 Mei met 1 luitenant, 1 vaandrig, 3 sergeanten en 60 man naar de
426