In Stampersgat, dat als vluchtoord was aangewezen, is een deel der bevolking onder dreiging van gevechten tussen Fransen en Duitsers in paniekstemming de omliggende polders ingevlucht. Velen die niet te Gastel hadden moeten komen, vonden desniettegenstaande aldaar een onderdak, waaronder zich ook vluchtelingen uit Roosendaal bevonden, toen deze plaats werd gebombardeerd. Zevenbergschenhoek is op last van de Duitsers geheel ontruimd. De bewoners, ten getale van ongeveer 3000, vonden een onderdak in Zevenbergen en Langeweg, in dezlefde gemeente dus. Op 11 Mei werd Zevenbergschenhoek, nadat hier Fransen waren aangekomen, uit de lucht gebombardeerd, hetgeen het leven kostte aan 5 Franse militairen, die hun pantserwagens hadden verlaten en in een huis waren gaan schuilen, dat werd getroffen en instortte. Dank zij het feit, dat het dorp was ontruimd, viel aldaar slechts een burger als slachtoffer, doch grote materiële schade werd aangericht. Ook Zevenbergen werd gebombardeerd en dit had in het overbevolkte dorp veel verliezen aan mensenlevens ten gevolge, waaronder 5 uit Zevenbergschenhoek. Onder de indruk der verwoestingen en branden vluchtte de bevolking op allerlei wijzen naar plaatsen in de omtrek, waarbij van leiding geen sprake meer kon zijn. In Zevenbergen waren verwoest 102 woningen, een timmerfabriek met hout- loodsen, een bierbrouwerij met bijbehorende gebouwen, een graanpakhuis, een aantal landbouwschuren. In Zevenbergschenhoek waren 23 woningen, een meisjes school met internaat en landbouwschuren vernield. In Willemstad werd 10 Mei te 9.33 op het gemeentehuis bericht van C.-Groep Spui ontvangen, dat niet naar de voorgenomen plaatsen moest worden geëvacueerd, doch dat getracht moest worden, des avonds te 21.00 naar Ooltgensplaat te doen evacueren. Uit telefonische inlichting bleek, dat door de inundatiën de onderbrenging niet in Ooltgensplaat kon geschieden, doch dat de bevolking naar Den Bommel moest worden afgevoerd. Besloten werd, in verband met verduisteringsmaatregelen, niet te wachten tot te avond, doch onmiddellijk te beginnen. De in de haven aanwezige schepen werden gerequireerd en, beginnende met de zieken en hulpbehoevenden, werd met de afvoer een aanvang gemaakt. Het vervoer moest worden stopgezet, toen de motorboten, voor de tweede maal uitgevaren, uit de lucht werden aangevallen en mitrailleurvuur ontvingen. Toen de volgende morgen bleek, dat in het Hollandsch Diep door de Duitsers mijnen waren gestrooid, werd de afvoer naar Den Bommel geheel stopgezet en met autobussen een deel der bevolking naar het oorspronkelijke vluchtoord Steen bergen afgevoerd. Aangezien te Den Bommel geëvacueerden uit Leersum en Amerongen werden verwacht (die nimmer zijn verschenen) werden de 500 uit Willemstad aange- 442

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1953 | | pagina 460