Het gerucht, dat onmiddellijk moest worden geëvacueerd, verspreidde zich zeer snel en velen gingen in paniek maar vast op pad. Omstreeks 10.00 begon de afmars der verschillende groepen, grotendeels over de beide genoemde wegen. De colonne, die naar Zundert op weg was, kreeg een luchtaanval te verduren, die 15 doden en zwaar gewonden veroorzaakte. Oorzaak was, dat zich Franse auto's op dezelfde wegen bevonden. De lijdensweg der Bredase bevolking is in het in de aanvang van dit hoofdstuk genoemde boek omstandig beschreven, zodat hier volstaan wordt met een globaal overzicht. Op 12 Mei bereikten de hoofden der colonnes de lijn ZundertHoogstraten. In Zundert en omgeving werden bijna 20 000 personen ondergebracht, in Achtmaal 15 000, waarvan er 300 in een kerk overnachtten. Te Hoogstraten en omgeving werden ongeveer 24 000 bewoners van Breda in boerderijen en grote gebouwen onder dak gebracht. De burgemeester van Breda was nog op 22 Mei in Antwerpen aangekomen, had overleg gepleegd met de burgemeester van Antwerpen. Van Belgische zijde werd zeer veel medewerking ondervonden, zodat reeds op 12 Mei de geëvacueerden, die per auto of rijwiel op weg waren gegaan, konden worden gehuisvest en verzorgd, doch de volgende dagen, toen grote massa's Antwerpen binnen kwamen, niet slechts uit Nederland, doch ook uit België zelf, werd de toestand veel moeilijker, te meer, daar de Duitse opmars snel vorderde en luchtbombardementen de stad steeds meer begonnen te teisteren. Het plan werd daarom opgevat en in overleg met de Belgische autoriteiten en de Nederlandse gezant uitgewerkt, om de Nederlandse geëvacueerden met trei nen door te voeren naar Zeeuwsch-Vlaanderen. Intussen begonnen wel groepen van de oostelijke colonne aan te komen, doch werd op 13 Mei de mars van de westelijke colonne niet voortgezet, omdat, wat men te Antwerpen niet wist, het volgende was gebeurd. Toen bij deze colonne om 10.00 de orders voor de voortzetting van de mars zouden worden gegeven, kwamen er berichten binnen, dat Breda reeds in Duitse handen zou zijn. De leider der colonne, de stadscommissaris voor de ontruiming, begreep, dat dit de situatie geheel zou kunnen wijzigen en besloot, te gaan ver kennen. Aanvankelijk liep hij vast in gevechten te Rijsbergen, doch in de na middag slaagde hij er in, contact met de Duitsers te krijgen, die hem naar Breda voerden, waar hij werd gebracht voor de C. van de Z.colonne der 9e Pantser divisie, Oberst von Sponecken hij verkreeg de toestemming, om de bevolking te doen terugkeren. 445 Niet te verwarren met de C. der 22e I.Div., generaal von Sponeck.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1953 | | pagina 463