rukken. Inderdaad opende de vijand te ongeveer 4.00 het vuur en de post aan de grens gaf het alarmsein, dat door de korporaal in het wachtlokaal aan C.-H.S.Z. werd doorgegeven. De wachtcommandant en de post, die het vuur beantwoord hadden, vonden, bij de wacht terugkomende, aan alle zijden vijand. Zij vernielden de geweren en gaven zich overer was een gewonde. Bij de grenswacht Vlodrop, waar de wachtcommandant zeer actief was, over schreden de Duitsers te 3.25 de grens 1). Het was nog bijna donker, zodat eerst op korte afstand zichtbaar was, dat er Duitsers naderden. De post opende het vuur, de Duitsers sprongen van de rijwielen, openden het vuur, ook met pag., waarbij beide mannen van de post werden gewond en een granaat, die in het wacht- gebouw drong, een soldaat zwaar verwondde. De wachtcommandant heeft nog kans gezien C.-H.S.Z. te waarschuwen, daarna werd de grenswacht gevangen genomen. Er is bij Vlodrop een pantsertrein gepasseerd, gevolgd door een goederentrein. De eerste reed, tengevolge van de omgelegde wissel op een kopspoor en moest teruggerangeerd worden. Of ook de omgezette wissels bij Herkenbosch nog ver traging hebben veroorzaakt, is niet bekend. De treinen zijn naar de spoorbrug bij Buggenum doorgereden. De commandant van de grenswacht Rothenbach was te 3.30 bij de post aan de grens, toen hij achter een huis beweging hoorde en tegenover Duitsers kwam te staan. Hij wist nog op de alarmschei te drukken, zodat uit het wachtgebouw nog tijdig de C.-H.S.Z. kon worden gewaarschuwd. De motorordonnans meldde de over valling aan de vaandrig te Herkenbosch. De wacht werd, zonder geschoten te hebben, gevangen genomen. Bij de grenswacht Mijnweg gebeurde niets. Men hoorde schieten en uitgezonden patrouilles meldden hetgeen bij de nevenwachten gebeurde. Na enige tijd trok de C. met zijn groep terug, doch hij werd bij Herkenbosch gevangen genomen. Bij grenswacht Maalbroek overschreed de vijand te 3.30 in breed front de grens. De commandant kon nog juist C.-H.S.Z. telefonisch waarschuwen vóórdat het wachtgebouw werd omsingeld en de wacht werd gevangen genomen. De motorordonnans wist weg te komen en de sergeant-majoor te Maasniel in te lichten. De vaandrig te St. Odiliënberg had omstreeks middernacht de beide verhakkin- gen 1415 en 1416 doen stellen. Zijn consigne luidde, dat hij op zijn cp. moest blijven, doch op zijn rondes had hij zodanig abnormale bedrijvigheid over de grens 37 De vaandrig te St. Odiliënberg hoorde het schieten en had op zijn horloge gekeken.

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1953 | | pagina 55