Alvorens nu het gevecht, zoals het volgens Nederlandse gegevens verliep, te
beschrijven, volgt hieronder de opstelling van 1-17 G.B.
Het vuurgevecht, dat zich aan de Maasoever ontwikkelde, werd van Duitse zijde
met pag., mortieren en andere vuurmonden ondersteund.
De vijandelijke artillerieopstellingen waren vrijwel alle gelegen buiten het
schootsveld van de kanonnen in de rivierkazematten, de enige kanonnen, die aan
wezig waren in dit vak.
Het zwaartepunt van de aanval lag dicht bij de gesprongen brug (waar kazemat
B.24 geen vuur kon brengen). De beide rivierkazematten en de beide noordelijke
sectiën kregen het dus het zwaarst te verduren.
De kazemat B.27 op de zuidpunt van het stuweiland bij Weerd heeft geen over
gangspogingen waargenomen (waarschijnlijk door stof of damp) en dan ook niet
gevuurd.
Te 6.00 had de eerste overgangspoging met ongeveer een compagnie plaats,
onmiddellijk naast de brug, die mislukte.
Daarna, terwijl de beschieting voortduurde, trachtte de vijand telkens met zwak
ke afdelingen de W.oever te bereiken, doch ook deze werden afgeslagen en slechts
eenmaal kwamen twee rubberboten zover, dat zij in het schootsveld van kazemat
24, geraakten, waarna zij werden vernietigd.
In de derde phase werd artillerie van 8,8 cm ingezet, die de kazematten een voor
een systematisch onder vuur nam en tot zwijgen bracht. Te 8.00 werd daarop de
beslissende aanval ingezet.
In de rivierkazemat-zuid drong het 2e projectiel van 8,8 cm in het kanonschietgat,
vernielde de loop van het kanon, verwondde de schutter ernstig en kwam in het
munitierek terecht.
De C. der kazemat deed deze ontruimen, waarbij de bediening van de zw.mitr.
door het schietgat naar buiten moest en waarbij een hunner werd gewondmet
de mitrailleur bereikten zij Horn.
48
Sectie C
Kazematten en s.p.o.
Bewapening
Vaandrig
S.80, S.19
4 lt.mitr.
Sergeant
G.17
1 lt.mitr.
G.18
1 zw.mitr.
Res. Ie luitenant
B.20
1 zw.mitr.
S.21, G.23, G.22
3 lt.mitr.
Sergeant-majoor der Ptr.
Rivierkazematten-
2 zw.mitr.
zuid en -noord
2 stukken pag. van 5,5 cm
Sergeant-majoor
B.24
1 zw.mitr.
G.25, S.81, S.26
3 lt.mitr.