Hij was opgebeld door een vaandrig van III—4 R.I., die deel had uitgemaakt van de vliegveldbezetting. De vaandrig meldde, dat hij zich met de Duitse Ober- leutnant Hohendorf op het gemeentehuis te Valkenburg bevond en dat deze hem had opgedragen enige mededelingen te doen. Op verzoek van de Nederlandse luitenant had daarop de Duitse officier, die zich „Kommandant Flugplatz Valken burg" noemde, het gesprek overgenomen en het volgende medegedeeld. Het vliegveld was in Duitse handen en de aanwezige Hollandse bezetting was gevangen genomen en ondergebracht in een van de hangars. Verzocht werd, de Nederlandse regering aan te raden te capituleren, daar verzet toch nutteloos zou zijn en direct gebroken zou worden. Betreffende de Nederlandse krijgsgevangenen op het vliegveld deelde hij nog mede, dat, indien het vliegveld zou worden ge bombardeerd dann wird's ihnen schlecht vergehen". De Nederlandse luitenant van de militaire administratie had in dit gesprek aanleiding gezien, de inhoud onmiddellijk ter kennis te brengen van C.-Groep Leiden-W.Fr.-Vg.H. (telefonisch), en van C.-4 R.I. en C.-III-4 R.I., met wie op dat ogenblik geen telefonische verbinding bestond. Door een en ander werd het C.-III-2 R.A. duidelijk, dat het vliegveld volledig in s vijands handen was geraakt, weshalve hij besloot, ongeacht de aanwezigheid van de Nederlandse krijgsgevangenen aldaar, het vuur op het vliegveld te openen. Hij gaf opdracht, de afdelingscommandopost te vestigen in de cantine op de schietbanen nabij Katwijk aan Zee, waarna hij zich naar de 2e Bt. begaf, die in tussen in stelling was gekomen in het barakkenkamp van de le Dep.Afd. terwijl een waarnemingspost nabij de cantine was ingericht. C--2e Bt. deelde mede, dat door hem twee wachtmeesters verkenners naar C.-4 R.I. te Katwijk aan den Rijn waren gezonden, maar dat deze zonder orders waren teruggekomen. Tevens meldde hij, dat volgens C.-le Dep.Afd. zich 40 Duitse toestellen op het vliegveld bevonden en dat hij daarom voornemens was het vuur te openen zodra de batterij daartoe gereed was. C.-III-2 R.A. stemde hiermede in, besloot het eerste vuur persoonlijk te leiden en begaf zich vervolgens, vergezeld van C.-le Dep.Afd., met spoed naar de waar nemingspost. Omstreeks 8.30 werd met inschieten begonnen. Waargenomen werd, dat de vijand uit de hangars vluchtte en zich begaf in de richting van het dorp Valkenburg. De Afd.C. liet de vluchtende vijand met vuur achtervolgen tot deze niet meer zichtbaar was. Daarna werd het vliegveld gedurende enige uren over de gehele breedte en diepte onder vuur genomen. Een groot aantal vliegtuigen en de ben zinereservoirs op het veld gingen in vlammen op. Tijdens de beschieting verschenen enige malen groepen van 8 tot 16 vijandelijke vliegtuigen boven het stellingterrein en het waarnemingspunt. Teneinde ont dekking te voorkomen, werd dan tijdelijk het vuur gestaakt. Waarnemingspost, noch 2e Bt. werd door de Duitse toestellen bevuurd of gebombardeerd. De le Bt., die kort na 8.30 in stelling kwam in het kampeerterrein in de duinen zuid van Katwijk, werd daarbij echter wel door mitrailleurs uit vliegtuigen onder vuur 122

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1954 | | pagina 140