gevangen genomen, waarna de vijand ter weerszijden van de Wassenaarse Slag
in oostelijke richting oprukte.
De detachementscommandant, die intussen enig personeel had weten te ver
zamelen, rukte daarmee in westelijke richting op doch geraakte al spoedig onder
vuur, waarna hij opdracht gaf terug te gaan op de oostrand van de vlakte bij Hotel
Duinoord, waar opnieuw stelling werd genomen. Een aantal manschappen vloeide
echter terug naar Wassenaar.
De vijand begaf zich niet op de Wassenaarse Slag, doch verplaatste zich door de
duinen ter weerszijden daarvan en liet het detachement bij Duinoord ongemoeid.1)
Het detachement, waarbij zich nog het geniepersoneel en enkele matrozen van
de M.K.W.post hadden aangesloten, bleef ter plaatse tot omstreeks 15.00, toen van
C.-l R.H.M. bevel werd ontvangen met spoed terug te trekken en zich te melden
bij C.-M.E.-l R.H.M. nabij Rijksdorp (zie verder blz. 157).
Uit vorenstaande beschrijving blijkt, dat hoewel op 10 Mei de vijand er niet in
slaagde vaste voet te krijgen in het dorp Wassenaar, niettemin de omgeving van
de Wassenaarse Slag west van Rijksdorp en het duinterrein west van Duinrel en
watertoren door vijandelijke afdelingen onveilig werd gemaakt.
De maatregelen ter directe beveiliging van 's-Gravenhage
Algemeen
In de nacht van 9 op 10 Mei waren ten aanzien van de afsluiting van de binnen
stad en de militaire bijstand aan de gemeentepolitie maatregelen getroffen, welke
reeds (behoudens wijzigingen) sinds begin April waren vastgesteld.
Daarbij dient in het oog te worden gehouden dat deze voorzieningen rekening
hielden met een eventueel optreden van vijandig gezinde burgerelementen, waarbij
allereerst werd gedacht aan onvaderlandslievende Nederlanders (N.S.B.ers) en in
's-Gravenhage woonachtige Rijksduitsers, die zich beschikbaar zouden kunnen
hebben gesteld voor indeling bij een zogenaamde vijfde colonne.
De aanwijzingen voor deze beveiliging waren in hoogste instantie ontworpen
door de O.L.Z. en door deze ter verdere uitvoering ter kennis gebracht van C.-
Vg.H. als autoriteit belast met de uitoefening van het militair gezag.
Overeenkomstig de wens van de O.L.Z., belastte C.-Vg.H. aanvankelijk C.-Gr.
's-Gravenhage (als laagste autoriteit, die ter plaatse met militair gezag was be
kleed) met de organisatie van genoemde beveiliging.
Nadat echter met ingang van 30 April de garnizoenscommandant van 's-Gra-
venhage eveneens met de uitoefening van het militair gezag werd belast, berustte
sinds die datum de feitelijke uitvoering bij deze (C.-Dep.Cav.), die daartoe over
I Dep.Inf. en, voor wat betreft de militaire bijstand, bovendien over 7 C.Ptr. kon
beschikken.
161
Volgens het verslag van de detachementscommandant ontving deze omstreeks 13.00 per motor
ordonnans de opdracht zich te melden bij C.-l R.H.M. te Wassenaar, die hem toen gelastte ter
plaatse stand te houden daar hem versterking zou worden gezonden. C.-l R.H.M vermeldt hier
omtrent niets.