C.-I Dep.Inf., die het bevel voerde over deze duinstelling en zijn cp. gevestigd had Z.W. van het barakkenkamp, beschikte aldaar over een reserve, bestaande uit het Det.I.S.S. en een detachement van I Dep.B.A., ter sterkte van bijna 300 man, hetwelk echter eerst omstreeks 19.00 door de Garn.C. te zijner beschikking werd gesteld. In het voorterrein bevonden zich ook nog een sectie van 4-Dep.Bat.J. en twee groepen van 6-Dep.Bat.J. C.-I Dep.Inf., die aan C.-Dep.Bat.J. en C.-Dep.Bat.Gr. opgedragen had pa trouilles uit te zenden in het voorterrein van de stelling, ontving enige malen be richten welke wezen op de aanwezigheid van vijandelijke parachutisten noord van Meyendel en bij Groot Hazenbroek (1500 m oost van Meyendel). Aangezien hij het mogelijk achtte dat de vijand door het bedekte terrein van Groot Hazenbroek en Kievit in Z.richting zou oprukken en vervolgens langs de rechtervleugel van de duinstelling 's-Gravenhage binnen zou dringen, achtte hij het noodzakelijk zijn rechtervleugel meer diepte te geven en bovendien zo mogelijk verbinding tot stand te brengen met de eigen troepen, die, volgens de Garn.C., het viaduct in de weg 's-Gravenhage-Wassenaar bezet hielden. 1) Hij gaf daarom bevel aan C.-Det.I Dep.B.A., de rechtervleugel van de duin stelling te verlengen langs de spoorbaan, van Kp.25 tot de Buurtweg, en naar rechts verband op te nemen met de eigen troepen bij het viaduct. Aan zijn plan om bovendien meer diepte te brengen in de opstelling van Dep. Bat.J. door inzet van 4-Dep.Bat.J. aldaar, kon geen uitvoering worden gegeven, aangezien deze compagnie, met uitzondering van de compagniescommandant en een sectie, intussen reeds was ingezet (zie blz. 165). Om 19.45 zond C.-I Dep.Inf. aan zijn ondercommandanten een „Bevel voor de verdediging in den nacht 10-11 Mei en op 11 Mei", waarin werd gelast dat de thans ingenomen opstellingen gedurende de nacht zodanig moesten worden ge wijzigd, dat op 11 Mei 3.00 de frontlijn zou lopen van Kp.25 langs de N.O.rand van het barakkenkamp Waalsdorp en vervolgens in N.W.richting, noord langs Pompstation en Ruigenhoek naar strandpaal 98. De stelling zou op dat tijdstip als volgt moeten zijn bezet. Van rechts naar links Det.-I Dep.B.A. (min 50 man) van Kp.25 langs de Z.W.rand van de vlakte van Waalsdorp tot de duinrand aan de N.W.zijde dier vlakte. Dep.Bat.J. (min 1, 4, 5, 7) van genoemde duinrand in N.W.richting, frontlijn ongeveer 100 m zuid van en evenwijdig aan de Sprank; frontbreedte 500 m. Dep.Bat.Gr. (min 4, 5, 6, 7 en 8), frontlijn in dezelfde richting als Dep.Bat.J., frontbreedte 500 m. Det.-2-Dep.Cav., als boven, tot 200 m oost van Pompstation. Ie Sectie van 4-Dep.Bat.J. tot en met Pompstation. 167 Een gedeelte van het Bewakingsdetachement Dep.Cav. (zie blz. 172).

Tijdschriftenviewer Nederlands Militair Erfgoed

NIMH | 1954 | | pagina 185