Een sectie zware mitrailleurs opstellen voor luchtafweer. Kn.T., Gn.T. en Lm.T.
blijven achter in het Haagse bos.
Omstreeks 14.00 had 111-12 R.I. de uitgangsstelling bij Pompstation ingenomen.
111-16 R.I. (min 2).
De door C.-III-16 R.I. gegeven bevelen zijn niet meer bekend.
Het bataljon, versterkt met de 3e Sectie van 20 C.Mr., stond omstreeks 12.00
in de uitgangsstelling tussen Kp.25 en een punt, vermoedelijk ongeveer 800 m
N.W. daarvan, gereed.
11-20 R.I., versterkt met de 2e Sectie van 20 C.Mr., kwam zoals reeds vermeld
slechts met twee tirailleurcompagnieën en de sectie mortieren bij Pompstation
aan, daar de M.C. en de 3e Comp. op mars daarheen namens C.-Vg.H. waren
aangehouden en teruggezonden.
Enige tijd later keerde ook de rest van het bataljon op bevel van C.-Vg.H. naar
het Haagse bos terug.
Door deze verdwijning van het middelste bataljon stond C.-20 R.I. voor de taak
de reeds aan C.-III-12 R.I. en C.-III-16 R.I. gegeven bevelen voor het innemen
der uitgangsstelling te wijzigen.
Hij gaf C.-III-12 R.I. opdracht, twee sectiën tirailleurs en een sectie zware
mitrailleurs ter beschikking te stellen van C.-III-16 R.I. en droeg laatstgenoemde
commandant op, het door 11-20 R.I. verlaten vak voor zijn rekening te nemen.
Terwijl 111-12 R.I. en 111-16 R.I. de hergroepering uitvoerden, ontving C.-20
R.I. omstreeks 14.30 bericht van een politieambtenaar uit Scheveningen, dat
vermoed werd, dat zich parachutisten ophielden in een stilstaande trein tussen
halte Pompstation en Scheveningen.
C.-20 R.I. ontving de sleutels van de bewuste trein, met verzoek een onderzoek
te doen instellen. Hij droeg C.-III-12 R.I. op, hiervoor te zorgen. Deze gaf C.-2e
Comp. bevel, een tirailleursectie daartoe aan te wijzen en tevens een sectie stelling
te laten nemen nabij de Pompstationsweg, front Z.W., teneinde de verkennende
sectie zo nodig met vuur te steunen.
Er ontwikkelde zich spoedig een krachtig mitrailleur- en geweervuur, als gevolg
van geruchten „dat uit de trein zou zijn gevuurdtoen de verkennende sectie
van 2-II-12 R.I. oprukte.
Zowel uit Pompstation, als uit halte Pompstation en de gevangenis Z.W. daarvan,
waar zich een stuk pag. bevond, werd gevuurd in de richting van de trein, die ten
slotte door een pag.treffer in brand geraakte.
C.-M.C.-III-12 R.I., die omstreeks 15.30 (toen bleek dat de verkennende sectie
niet vooruit kwam) bevel had ontvangen, met een sectie zware mitrailleurs de
trein onder vuur te nemen, trachtte tevergeefs het vijandelijke vuur te localiseren.
Naar zijn mening werd niet uit de trein of de onmiddellijke omgeving daarvan
gevuurd, maar uit het duinterrein.
220